CLAUS

De aardigste interviews staart niet altijd in de bladen van en voor volwassenen (kranten, b.v.). De aardigheid van een interview schuilt namelijk vaak in de onvoorwaardelijke eerlijkheid van de interviewer (de onbevangenheid waarmee hij vragen stelt alsook de nauwkeurigheid waarmee hij eigen en andermans stupiditeiten weergeeft). Het is een soort eerlijkheid die kennelijk alleen de jeugd kan (of wil) opbrengen. Schoolbladen bijvoorbeeld kunnen daardoor zeer initeressante lectuur zijn, mits ze niet al te zeer door leraren en geestelijke raadslieden worden gecensureerd.

Landelijke bekendheid kregen b.v. de interviews met Harry Mulish en Ko van Dijk, die vorig jaar in (de vierde) "Een tien voor de tieners" werden opgenomen. Zoals bekend bevat deze uitgave een keuze van wat er in een cursusjaar in de Nederlandse schoolpers is verschenen. Ook in de vijfde "Een tien voor de tieners" staat weer een dergelijk interview geschreven door een meisje van 16 en twee jongens van 16 en 17 jaar, leden van de redactie van "T.L. Vizie", het schoolblad van het Petrus Hondius Lyceum Terneuzen. Het is een interview met de Belgische schrijver Hugo Claus, waaruit wij hieronder enkele passages laten volgen.

Red.: Wij vinden "De Meisiers" (geschreven op 19-jarige leeftijd) uw beste boek. Wat vindt u zelf uw beste boek?

H. C: van zulke boeken als ,De Metsiers" zou ik er vier per jaar kunnen schrijven. M'n beste boek vind ik "De Verwondering".

Red.: En wat uw slechtste?

H. C: Misschien ook "De Verwondering".

Red.: In onze vorige schoolkrant hadden we een interview met George van Renesse, die...

H. C: Wie is dat?

Red.: Een beroemd Nederlands pianist. Hij zei o.a. dat jazz onestetisch is.

H. C: Die opmerking van Van Renesse raakt kant noch wal. Dan kan men net zo goed zeggen dat deze bril onestetischer is dan deze schaar. Men kan jazzmuziek niet met klassieke muziek vergelijken.

Red.: In uw boeken komen nogal eens zwakzinnige personages voor. Heeft u daar een reden voor of hebt u zulke personen gekend?

H. C: De meeste mensen die ik ontmoet schijnen zwakzinnig te zijn.

Red.: Uw boek "De Metsiers" speelt zich af onder de Vlaamse boeren. Vindt u niet dat deze boeren zijn weggelopen uit Amerikaanse romans? Wij herkennen de Vlaamse boer veel eerder uit de romans van b.v. Timmermans.

H. C: Vindt u dat? Die zijn weggelopen uit Walt Disney films. U gelooft toch niet dat elke Vlaamse boer zijn naam in de sneeuw plast? Timmermans maakt a.h.w. aquarellen. Als u iets over het Vlaamse boerenleven wilt lezen, dan moet u Streuvels nemen. Overigens kan ik u zeggen dat in wezen de Amerikaanse boer niet verschilt van de Vlaamse. Alle boeren zijn hetzelfde.

Red.: (i.c. het meisje van 16) Ik mag uw boeken thuis niet lezen...

H. C: Daar hebben je ouders groot gelijk in, ik schrijf niet voor kleine meisjes.

Red.: Meneer Claus, dit was het. Wij danken u hartelijk dat u ons hebt willen ontvangen. We zullen u een schoolkrant met het interview toesturen. Verder hopen we dat we uw gedachten goed zullen weergeven.

H. C: Dat zal wel niet.