HUGO CLAUS

Een donderdagnamiddag. Veel regen en smalle wegjes die op en neer door groen-waterige weiden lopen. Dit moeten de Vlaamse Ardennen zijn. Een boer op het veld. Ik vraag hem de "Holeweg", maar hij knikt onwetend. Wat verder een voetganger. « De Holeweg, meneer ». « Bestaat niet in Nukerke », zegt hij. « En Hugo Claus ? », pols ik. Die kende hij wel. Rechtdoor, dan rechts, dan een kapelletje, links afslaan, een paar kilometers, dan rechts, nog 'ns rechts en dan ben je er zo ongeveer. Een hoeve, nog netjes witgeschilderd, en een bonkige reus met donkere bril en krullende haarlokken op het voorhoofd die de groene deur komt opendoen. In de hall hangt een Raveel, zie ik plots. Ik hou niet van Raveel en toch hangt dit schilderij er mooi. Claus loodst me in een grote kamer, met boeken, popjes, zachte zetels en een open haard. We drinken koffie en praten over « Thyestes», het toneelstuk naar Seneca dat onder Claus' regie een bom betekende in de Vlaamse toneelwereld

- Hoe zijt U op het idee gekomen Thyestes te bewerken?

- Het was toen Rudi van Vlaenderen van Toneel Vandaag me kwam opzoeken en vroeg of ik iets wilde doen met zijn groep. Dan heb ik maar Seneca genomen.

_ Waarom precies?

- Ik vind Seneca een merkwaardige auteur, die iets eigens heeft dat nog herinnert aan de hedendaagse gevoeligheid. Vroeger had ik reeds Seneca doorgenomen. Ik was indertijd wild van de Elisabetanen, en Seneca heeft op deze periode zeer veel invloed gehad.

- Welke tekst hebt U als basis genomen ?

- Ik heb de Latijnse. Franse. Engelse en Duitse teksten naast elkaar gelegd.

- In hoeverre wijkt Uw tekst af van deze van Seneca ?

- Ik heb eerst en vooral grote koupures aangebracht en herhalingen vermeden. Door grote uitweidingen bezit Seneca geen suspense. Over die sterrenbeelden bv. houdt hij het acht bladzijden vol, bij mij is dit twee zinnen. Er is ook een verschil in de verhouding tegenover de godheid en het koor is het tegenovergestelde als bij Seneca. Het koor in mijn bewerking zorgt voor de binding tussen publiek en schouwspel.

- Ken U andere bewerkingen van Thyestes?

- Crémion heeft er een gemaakt, maar ik ken ze niet.

- Wat hebt U vooral bedoeld met deze opvoering ?

- Meer dan de Griekse tragedies is Seneca een voorbeeld van goedkoop sensationalisme, met overdadige gruwel en grand-guignol. Lees onze kranten die volstaan met moorden en ongevallen, en je hebt de binding. Naar de vorm is dit stuk van de meeste hardheid ontdaan, en is a.h.w. een deklamatorium met enkele spelscènes. Het wijkt volledig af van het naturalistisch toneel of het "pièce-bien-faite", en leunt meer aan bij Beckett. Het is in elk geval de sterkste vorm van avant-garde.

- Antonin Artaud is gekend om zijn « Theater van de wreedheid». Hebt U zijn teorie toegepast?

- Ik ben lang niet zover gegaan als Artaud. Had ik meer repetitietijd gehad, dan waren bepaalde expressies dieper geweest, maar vast niet gruwelijker.

- U hebt Artaud in Parijs ontmoet?

- In de « Bar Vert » te Parijs - een kroegje in dezelfde straat als mijn hotel, heb ik Artaud gezien. Ik heb er echter niet mee gesproken.

- In het eerste gedicht van "Registreren" noemt U Artaud "vader". Kan u dat zeggen van iemand waarmee U nooit in persoonlijk kontakt bent getreden?

- Ik heb mijn eigen vader afgezworen voor hem. Ik noemde hem zo uit bewondering, mentaal dan. Ik vind Artaud trouwens de grootste toneelfiguur van deze eeuw.

- Was dit de eerste maal dat U regisseerde ?

- Nee, nog eens, in 1953, in hetzelfde Paleis voor Schone Kunsten te Brussel, nl. een liefhebbersgroep die mijn eenakter « De getuigen » opvoerde.

- En dan moesten we wachten tot 1966 ?

- Er is me sedertdien niemand komen vragen om te regisseren. En ik ga niet bedelen. Komt de KNS of KVS het me voorstellen, dan neem ik zo aan. Ik wil alles doen, ook dansen of in de goal staan van F.C. Nukerke.

- Sommigen nemen het je nochtans kwalijk dat je zonder regisseursopleiding akteurs leidt?

- Ik heb misschien een natuurlijke flair voor zulke dingen. Eens heb ik een film « Anthologie » voor de BRT geregisseerd. Dat was een mislukking, of liever ; toch nog beter dan de meeste poëziefilms.

- Wat hebt U op stapel staan op toneelgebied ?

- Voor het Théâtre National schrijf ik een nieuwe Tijl Uilenspiegel, waarvan het gebeuren zich afspeelt in een federalistische staat, en Tijl als een provo zal ter wereld komen. Goudland, het boek van Conscience, bewerk ik voor de KNS-Antwerpen; voor de Nederlandse Comedie bewerk ik Het huis van Bernarda Alba van Lorca en voor de Muntschouwburg schrijf ik een opera libretto. Een werk dat bijna voltooid is heet Leven en werk van Roeland I, een politiek stuk over Leopold II en het kolonialisme waarin grotesk-satirische toneeltjes zullen afwisselen met dokumentaire scènes.

- Hoe ziet U de toneelsituatie in Vlaanderen ?

- Ik zie drie gezelschappen die hun best doen en voor de rest niets.

- Wat zou U dan willen veranderen?

- Ik zou de minister vragen een toneellaboratorium op te richten. Men spendeert veel geld voor atoomonderzoek te Mol, waarom niet voor toneel ?

- Vervullen onze officiële schouwburgen hun taak?

- Ze lokken enkel nog een groepje mensen met een middenstands-mentaliteit.

- Wat moet toneel voor U zijn?

- Toneel moet de mensen konfronteren met essentiële fenomenen. En toch moet het een plezier zijn naar het theater te gaan, maar dan een totale vreugde.

- Wat zou U gedaan hebben als direkteur van de KNS te Gent ?

- Ik had veel plannen, maar daarover spreek ik nu liever niet. Het is niet gebeurd. Het is een bittere ervaring om te ondervinden dat je niet «au sérieux » wordt genomen.

- Uw stukken worden bijna altijd in Nederland gekreëerd. Waarom ?

- Mijn eerste stuk stuurde ik plichtsgetrouw naar het Nationaal Toneel te Antwerpen, toch kreeg ik nooit antwoord, ook niet na herhaaldelijk aandringen. Toen ik het aan Nederland gaf, werd het direkt aangenomen. Dus, zei ik, in 't vervolg maar steeds eerst aan Nederland. Dit heeft ook iets te maken met de ekonomische toestand. Een stuk van mij staat in Nederland een paar jaar op het repertoire, en in Vlaanderen wordt het 15 maal gespeeld. Ik moet toch leven van mijn pen. Indien ik daarnaast het gevoel had een binding te bezitten met de Vlamingen, maar de afstand is zo enorm.

- Hebt U die afstand niet zelf geschapen?

- Ik denk dat die afstand ontstaat door de situatie van de schrijver. Misschien heb ik velen afgestoten door soms harde dingen te zeggen. Ik behoud het voorrecht te zeggen wat ik wil. Op dit ogenblik bezit ik op het gebied van de kultuur in dit land alleen maar ergernis. Ik weet wel dat we reeds veel bereikt hebben, maar het kan toch beter. Men denkt dat ik tegen de Vlamingen ben maar ik hou van Vlaanderen. Ik woon toch in Vlaanderen. En ik werk voor Vlaanderen. Ik wou toch enkele jaren mijn persoonlijk werk opzij leggen om het toneel in Vlaanderen en aldus de gemeenschap te dienen.

- Laten we even haar de film overstappen. Fons Rademakers maakte een film naar uw scenario De dans van de reiger. Zag U reeds de film? En wat denkt U ervan?

- Ik vind de verfilming heel behoorlijk.

- En toch werd de prent op het festival van Cannes geweigerd. U weet niet waarom ?

- Heb niet het minste idee. Waarschijnlijk waren er te veel inzendingen.

- Zal U nog 'ns een film regisseren ?

- Ik denk van wel.

- Mogen we binnenkort andere publikaties van U verwachten?

- Mijn roman Schaamte is klaar, maar wil ik deze zomer nog even doornemen. Voor een boekje met erotische tekeningen van de overleden Paul Joosten heb ik gedichten geschreven.

- Wanneer schrijft U vooral?

- Zeer onregelmatig. Ik bewonder mensen als Vestdijk die op een bepaald ogenblik van de dag aan hun tafel zitten en beginnen. Als er op tv een boksmatch is, laat ik beslist mijn pen even liggen.

- Schrijft U vlug?

- Zeer traag. Elk boek beleeft drie versies met de pen.

- U schildert ook? Welke stijl?

- Geen bepaalde stijl. Ik beschouw mij trouwens niet als schilder, maar als een schrijver die soms eens het penseel opneemt. Ik weiger trouwens alle uitnodigingen om deel te nemen grote tentoonstellingen maar exposeer soms voor de trap in een klein zaaltje als «Celbeton» te Dendermonde.

- Leest U veel ?

- Ja, vooral Engelse en Amerikaanse literatuur.

- Welke Nederlandse schrijvers hebben je voorkeur ?

- W. F Hermans. Van het Reve. Lucebert en L. P. Boon.

- U houdt ook van Streuvels?

- Ik heb indertijd de stelling als zou Streuvels achterhaald zijn, fel tegengesproken. Bepaalde van zijn werken behoren tot het beste wat we hebben.

- Welke films gaat U zien ?

- Politiefilms en thrillers, en voor mijn opvoeding Antonioni, Fellini, Berghman en Godard. Godard is de grootste filmer van deze tijd.

- Hoe ziet U de filmsituatie bij ons?

- Ze is lamentabel. Er is dringend geld nodig. Men zou met geld moeten strooien. Enkel wanneer men tientallen films draait, bestaat de kans dat er 'ns een goede tussenzit.

- U woonde vroeger in Gent. Waarom hebt U het afgelegen Nukerke opgezocht ?

- Ik zag niet in waarom ik in Gent zou blijven wonen. Ik had geen binding met de stad, was geen lid van een vereniging of had er geen stamkroeg. Hier word ik niet meer gestoord door een groot aantal stadsfenomenen.

De koffie is koud, de sigarettenrook stapelt zich boven ons op. Met de avond is de zon doorgebroken, de Vlaamse Ardennen zijn nu mooi. Claus woont er prachtig. Met zijn blonde vrouw Elly, zijn kind en zijn kat. En de parelhoentjes op het erf. Eén loopt me achterna als ik buitenrij. Rechtdoor, rechts, rechts, rechts, en dan ligt Oudenaarde voor je voeten. De stad begint. Taboe voor de kunstenaar die rust zocht in een godvergeten dal.

Erik MARIJSSE

ACHTERAF.

Beste Meneer Claus, Wat ik tijdens dit bezoek met een vluchtige hand heb opgekrabbeld, leest U hierboven. Wat ik ervan heb overgehouden, kon ik echter moeilijk onder woorden brengen. Je bedeesde onzekerheid had niets van de arrogante aanstellerigheid die men je verwijt, je kijk op de dingen en de mensen was soms scherp, maar open en oprecht. En toch vindt men steeds een stok om de hond te slaan. Trek het je niet teveel aan. In Vlaanderen - waar midddelmatigheid regeert - is er geen plaats voor genieën.