Advanced Search found 5 item(s) featuring "Henri Rabaud"
1923-01-07 Marouf (L.O.)
- . . . kleurenvlammend spectrum is. Zij is het eenig werkelijke in de onwerkelijkheid dier schijnelementen, - het eenig waarachtige in de onwaarschijnlijkheid dier nagebootste verschijning. Henri Rabaud 's partituur doet in dien zin het werk leven, waarvoor het schema opgetimmerd werd door het poëma van L. Nepoty . Het Oosten . . .
- . . . soms carnavalesk in zijn uitbundigheid van kleeren en kleuren, iets, wat echter ten goede komt aan het dartel-vibreerend karakter van het geestverkwikkend onderwerp. Raboud 's orkest staat geen oogenblik stil. 't Spreekt aldoor in rhythmen, die het gezag der maat te ontspringen zoeken, ofwel in melodisch gespeel, vor wiens . . .
1939-07 HET NEGEN-EN-DERTIGSTE JAAR 1936-37 (August Monet)
- . . . dezelfde zorgen omringd en met niet minder artistieken smaak en weelde ten tooneele gebracht, mocht «Maroef» niet zoozeer bevallen. Dit «Duizend-en-één-Nacht» spel van Henri Rabaud kon het slechts tot vier voorstellingen brengen, waarvan de eerste plaats had op Zaterdag 20 Februari 1937 . Op Zaterdag 9 Januari . . .
1921-11-02 Muziek te Brussel VI (Karel Van de Woestijne)
- . . . te zijn, hoe dan ook wel wat verdacht. De naam, eerste factor, heeft sedert een paar jaar te Brussel goeden klank: hij luidt Henri Rabaud . Van hem kregen wij, toen ter tijd, een tijd dat wij sedert jaren van goede scenische muziek verstoken waren gebleven, de lyrische comedie . . .
- . . . zoo weinig kernachtige muziek een dergelijken bijval genoot, lag in den grond voor een goed deel aan onze eigene toenmalige ellende. De toondichter Rabaud , hij, won erbij een succes, dat hij wellicht zelf niet verwachtte, en dat hij voor een goed deel dankt aan de erkentelijkheid van gestilden . . .
- . . . niet verwachtte, en dat hij voor een goed deel dankt aan de erkentelijkheid van gestilden honger. Sedert twee jaar dus heeft de naam Henri Rabaud ten onzent een goeden klank: een nieuw werk van hem kon er derhalve een eerste waarborg voor belangstelling in vinden. Bij den naam . . .
- . . . avondje passeert, in een roes van heldhaftigheid. Het kon dan ook niet anders, of de "Fille de Roland", ditmaal door den gelukkigen heer Henri Rabaud -met-den-goed-klinkenden-naam opgeknapt, zou, evenzeer als het oorspronkelijke werk van den literairen vicomte, het publiek van Brussel vermogen te vervoeren. Het werk is reeds 16 . . .
- . . . blijft muzikaal: reeds in deze "Fille de Roland" - wij kunnen niet vergeten helaas, dat ze eene tijdgenoote is van "Pelléas" - is Rabaud , stevige meêlooper, even vloeiend en vlot, en aangenaam om te hooren als in zijn "Savetier du Caire". Hij is daarenboven onmiskenbaar intelligent, vooral scenisch, . . .
1919-05-09 Tooneel en muziek te Brussel (Karel Van de Woestijne)
- . . . zij vruchten dragen. Mag ik even buiten de middelmatigheid uit? Ik heb gisteren in den Muntschouwburg de eerste vertooning bijgewoond van Henri Rabaud 's lyrische comedie: "Marouf, le Savetier du Caire". Tot op heden had, in dit speelseizoen, de Muntschouwburg ons niet verwend: met "Marouf" . . .
- . . . een visuëel beeld, toegepast op muziek. Ik doe het met opzet. Want naast Debussy in zijn lichter en gemakkelijkst werk is Rabaud een impressionist. Hij vermeit er zich in, landschappen op te wekken, Oostersch-zonnige, tintelende landschappen, gestoffeerd met Oostersch-lichte groepen en optochten. Zijne orchestreering is louter-atmospherisch; . . .
- . . . van kinderlijke en toch verfijnde, zeer-spontane en nochtans zeer-bewuste, gulle en toch geraffineerde, blijde maar kieskeurige overgave. Hiermede is aangegeven, in welke mate Henri Rabaud tot de Fransche traditie behoort; hij schroomt er niet voor, nu en dan zelfs een weerklank te zijn; de angst om de uiterste . . .
- . . . nacht, waar zijn onderwerp aan ontleend is, leveren wel stof op tot philosopheeren; zij zijn in hunne zware zinnelijkheid, bodemloos van humaniteit. Maar Rabaud heeft het niet gevat, misschien niet willen zien; hij sluit liever bij de zoo echt-Fransche vertaling der "Mille et une nuit" van
- . . . lichtere genre der "opéra comique" scheen dood en begraven. Met den punthoed op en het sterren-doorstikte kleed aan van een glimlachend toovenaar, wekt Henri Rabaud het tot nieuw, vernieuwd, goddelijk-jeugdig leven op. "Pelléas et Mélisande" en "Ariane et Barbe-Bleue" bevatten de algemeenheid in kern, zooals de drama's van . . .
1922-12-31 TOONEEL TE BRUSSEL I (Karel Van de Woestijne)
- . . . heeft laten aanvullen: dat is een kleine sluwigheid, die niets afdoet van het beheerschte in zijn acteeren. Hij heeft aan niemand minder dan Henri Rabaud den bestuurder van het Parijsche Conservatorium , gevraagd, zestiend'eeuwsch-Engelsche muziek voor zijn vertooning te harmoniseeren: het weet er eene geenszins-storende stemming aan te . . .