Een fin du monde van het fin de siècle
100
Hierna, lezer, vindt u de tekst van 100 Ways To Disappear And
Aan de hier in te leiden tekst (en de opvoering ervan) werd ik om velerlei redenen herinnerd toen ik onlangs de vier weekends en het veelvoud aan creaties bezocht van het in alle opzichten unieke project
Het is een waarmerk van Dito'Dito om in zijn voorstellingen het stads- en samenlevingsgegeven
Dat heeft ook te maken met de manier waarop professionele en niet-professionele, autochtone en allochtone,
Waar het verschijnen van allochtone acteurs in een autochtone voorstelling vaak enige bevreemding en een zekere vervreemding veroorzaakt (als het al geen folkloristisch effect sorteert) en waar er soms, ondanks de beste bedoelingen, een soort van hiërarchie blijft bestaan, gedomineerd door de autochtoon (hetzij naar komaf, hetzij naar taal), al was het maar in de belangrijkheid van een rolverdeling, is dat hier volkomen opgeheven: er is geen enkele pikorde of althans wordt ervoor gezorgd dat je nooit aan dat gevoel toekomt. En plots blijkt er ook geen sprake meer van een taalbarrière bij het publiek.
Aan 100 Ways To Disappear and
Die twee mededelingen gecombineerd vormen niet enkel de dramaturgische draad van schriftuur en voorstelling maar ook een ironische positiebepaling. Die koffietafel klopt overigens niet. De spelers bevinden zich alreeds
in het hiernamaals (bij de voorstelling was dat een a.h.w. in de ruimte zwevend, grasgroen, paradijselijk speelvlak).
De ironie van tekst en voorstelling zit hem niet enkel in het feit dat de protagonisten blijkbaar moesten sterven om hun vrijheid te herwinnen, maar ook in de ooh's en aah's van welbehagen die doorlopend de tekst ritmeren maar zo vaak in subtiele tegenstelling zijn met de inhoud ervan. En op een even subtiele manier hebben we hier plots te maken met politiek theater van het zuiverste water. Dit is wanhoop in een kleed van arcadische vreedzaamheid en daardoor ook wanhopig grappig. Dit is, gestoken in een zelfgenoegzaam ogend pak, een vlijmscherpe kritiek op zelfgenoegzaamheid. Op alles waaraan een mens wil ontsnappen en waarvoor blijkbaar alleen de dood uitkomst biedt. Maar is het wel de dood, of is dit hiernamaals de ultieme ironie van de ontkenning van een verloederde en ondraaglijke wereld?
Door die wereld verzaligd te recupereren en hem als mierzoet Turks fruit weer uit te spuwen, wordt zijn onleefbaarheid superieur ironisch gedecodeerd. Dat is komisch maar ook gruwelijk pijnlijk. Dit koor is een slotkoor maar niet in transcendentale zin. Het zijn levenden die, onder het mom van opgang, de ondergang bezingen. Een fin du monde van het fin de siècle.
Dit is een spitse en intelligente vorm van anti-theater, waarin ook geen enkele vorm van theatraliteit meer overeind houdt, behalve de oerkracht van het woord en hoe het gezegd wil wezen. Een handvol pagina's priemend on-theater.
Colère - Dito'Dito & gasten / Hans Roels
Auteur Wim Van Gansbeke
Publicatie Etcetera, 1999-12, jaargang 17, nummer 70, p. 6-7
Trefwoorden colère • disappear • free • efficiënter • koffietafel • arcadische • autochtone • goeds • hiernamaals
Namen Beursschouwburg • Brecht • Brussel • Etcetera • Franstalige • Guido Gezelle • Kaaitheaterfestivals • Live Free • Nederlands- • October • Oktobre van Dito'Dito • Oktobre-project • Rudi Bekaert • Théâtre de la Balsamine • Van Colère • Ways To Disappear And • Wim Van Gansbeke
Development and design by LETTERWERK