Archief Etcetera


Wat verlang jij nog?: Impressies van Jeroen Versteele en Tim Knapen bij Geslacht van Dood Paard



Wat verlang jij nog?: Impressies van Jeroen Versteele en Tim Knapen bij Geslacht van Dood Paard

Het is al een hele tijd geleden. Attergal heeft een nieuw vriendje meegebracht uit vakantie, tussen Yokram en Gra loopt het fouter dan ooit tevoren. Het diner: een modeshow op speed. Kleren zijn er niet, tenzij wat campy ondergoed en carnavalsmaskers. Als je ze al ziet, staan gezichten zo stijf als na enkele lijnen coke. De mannen hebben flashy hanenkammen en dragen nagellak. Ze zwaaien met geweren waaraan USA-vlaggetjes hangen. Kilo, de De drie beschavelingen halen doelgericht herinneringen op, maar kunnen misvondsten niet vermijden. Diep hoeft er niet gegraven te worden. Een laagje stof wegblazen volstaat. Een blik die kwetsbaarheid verraadt of een woord dat om een tegenwoord vraagt, legt nieuwe dode dromen bloot. Een pijnlijke kanker, of is het melancholie, rukt een vrouwenlichaam uit elkaar tot een schim die krachteloos teert op haar herinneringen die ze is beginnen haten, en een misselijke slet die wenst nog één keer klaar te komen - elders. Een writer's block houdt haar man de filosoof van de ultieme betrachting zélf een rol te spelen in de theorie waarin hij ooit geloofde. De ex-wethouder is dan weer verliefd. Spreidt zijn lange lijf open en wacht. Het zijn retro-punkers:yups zonder idealen. De maatschappij verwerpen ze niet, die heeft hen al te lang te liefdevol omarmd. De kleurtjes in hun stijve haren, op hun gezicht en nagels dienen om zich enkel voor zichzelf te verbergen, hun mislukkingen te camoufleren. De vrolijke doelloosheid van vroeger terug te vinden. Die wanhoopsdaad mislukt. Ze zijn veel te narcistisch om zichzelf te ontkennen.Veel te gevormd door succes en intellect. En vooral: omringd door geliefden die hen nog beter kennen dan zijzelf. Wat overblijft is naakt, en kwetsbaar. Klaar om op in te hakken.

Hl



hangt een apenpak. Wel erg expliciet. Het begin van voorstelling mist overigens elke nuance als het over de typering van dit jonge, exotische lustobject gaat. Natuurlijk is dat ook de bedoeling en is ironiserende overdrijving het sterkste wapen van dit Dood Paard, maar de spijker wordt te lang te hard in het hout gedreven. Attergals arbitraire keuze voor Kilo en de politiek hopeloos incorrecte commentaar vanYokram en Gra op zijn aantrekkelijke, maar onderontwikkelde puurheid, ligt er even te dik op. Het evenwicht tussen lekker drammerige overdrijvingen en sappige ironie, zit na verloop van tijd echter steeds beter. Ook al omdat de stevig opgebouwde beginsituatie waarin de karakters gestalte krijgen, doorheen de verschillende bedrijven van constellatie verandert en aan spanning wint. Al te onverwacht verschuiven de relaties nu ook weer niet, maar conflicten en toenaderingen worden wel heel diep en uitdrukkelijk uitgewerkt. De tandwielen waarmee dit gezelschap in elkaar haakt, draaien traag maar des te zeker en onafwendbaar. De beleving daarvan wordt uitgebeeld met een genietbare dosis overacting, massa's steeds spookachtiger make-up en pijnlijk herkenbare dialogen. Wat eerst een makkelijk geschoten gat in de lucht lijkt, wordt zo toch nog heel schrijnend en relevant.



woerhaan - woordschikking

416

woord o [-en] Ik geloofde sterk in woorden. Houden van. Ik hield van woorden die je kenmerkten: nuchter, hetero, businesswoman. Ik schreef boeken, of in elk geval artikels. Ik werd goed opgeleid en praatte dus, bleef maar... woorden in het donker gaan verloren. Ik hoor je getetter niet, ik zie alleen je bleke gezicht en je gekleurde haar. Verschillen kan ik niet meer benoemen, herken ik niet meer. Ik weet niet wat hem van mij onderscheidt hoewel hij bruin is, vreemde talen praat en nooit van jou heeft gehouden. Hoewel je hem nu boven mij verkiest.

We dansen allemaal dezelfde dans.

Zijn er twee groepen mensen: één bij wie het oor het

oog volgt, en één die zich richt op de woorden die ze

hoort, hoe onaantrekkelijk de visuele context ervan

ook is? Of heeft iedereen het in de regel even moeilijk

met zich te concentreren op de inhoud van een tekst

die zich in duisternis hult? Geslacht bevat een aardige

illustratie van deze vraagstelling. Attergal brengt een

monoloog, terwijl bijna de hele scène onbelicht blijft. Hij

staat vlak voor het publiek, maar je ziet hem nauwelijks. Gepraat in het publiek. Iemand ergert zich of wil iets uitleggen, en richt zich minutenlang tot haar gezel. De voorstelling is nog

Ver achter hem, op het achterplan van het podium, zit niet zo lang bezig, we wennen nog aan het Hollandse accent, het snelle tempo waaraan de acteurs hun teksten opzeggen, het

Yokram voor een spiegel zijn haren in te smeren met rommelige, kitscherige decor en het verband tussen praatscènes en de muzikale, speelse interludia. Hoofden draaien in de

een vettig wit goedje. Hij wordt uitgelicht door een richting van de stoorster. Die stopt even, en gaat daarna weer door. De acteurs kijken vertwijfeld door de vierde wand terwijl

spotje. Ik had de grootste moeite om mijn gedachten bij ze vaardig verder ratelen. Kink in de kabel. Ze zitten al even niet zo lekker in hun rol. Spelen net iets te veel komedie, lijken

de gesproken tekst van Attergal te houden en niet de zich niet echt te amuseren. Hun wereldje wordt even verstoord, en ze komen plots in contact met mensen die aan het kijken

hele tijd naar Yokrams futiele schminkerij te kijken. Ik zijn, die in het stuk proberen te komen. Heel even voelt iedereen zich gegeneerd. Het membraan tussen podium en tribune is

moet toegeven dat ik zelfs geen flauw benul meer heb doorprikt. Daarna gaat het veel beter. Dialogen worden schiet- en kotspartijen, lichamen komen los en krijgen steeds meer

waarover die tekst ging. Iemand in het andere geval?

herkenbare kenmerken, het publiek barst geregeld in lachen uit.



"Nou ik zit nog in commissies enzo!" (3)

I used to believe in words.

I'm educated, so I talk, I keep..." (1)

'Ik mag alles zeggen wat ik wil,

ik heb toch een natuurlijke charme?" (2)

Vanalles in het Spaans.

Kan ook in het Engels communiceren. (4)

(1) Yokram: intellectueel. Fantaseert over zijn studentes die zich met trosjes bij hem aandienen (of elk jaar toch wel eentje), laat in gedachten zijn hand hun onzekere borstjes verkennen, maar wordt gehinderd door de scherven van de droom van vroeger. De scherven van een lege vaas die niet gevuld hoefde te worden. Die mooi was zo. Leeg en beloftevol. De scherven hebben zich als uit een splinterbom in hem gespietst. Hij is de archeoloog die ze koestert, of nee, die ze nodig heeft om het heden te begrijpen. Om het te verdragen. Het zieke kreng dat zijn vrouw nu is. De holte is ontsnapt. Bevrijd van haar antieke vaas heeft die zich genesteld in zijn holle filosofische theorieën, in haar holle ogen, in de holte tussen hen in. (2) Gra: businesswoman, bijna helemaal dood. Ooit bijna manager of the year (of dat wilde ze toch worden), nu is het iemand die weet hoe je chipoteert en niet failliet gaat. Ze probeert zich naar een steen te slepen waaronder ze rustig kan sterven. Ze stuiptrekt nog. Ze wil leeg zijn, verlost van het bedorven ijs in haar maag en de teer in haar longen, de alcohol, het enige dat haar systeem nog kan verdragen verlost van de banden en de herinneringen van de jeuk in haar kut van de lust of is het nog even graag gezien willen worden al is het maar door een homoseksuele bruine aap? (3) Attergal: Zijn professionele hoogtepunt als wethouder voorbij (dat hij ooit denkt gehad te hebben). Smal en bleek, werd ooit verliefd op een reptiel dat nog smaller was en bleker dan hijzelf. Ecoloog, pacifist, idealist. Zat op vakantie in de brousse eens een 'sigaret te roken op een bankje' toen hij plots merkte hoe er een band ontstond met een jongen uit de lokale sloppenwijken. Nu noemen zijn vrienden hem een pedofiel en miskennen ze zijn status. Bovendien moet hij opletten dat hij zijn trofee niet te lang alleen laat of kwijtraakt aan gefrustreerde derden. Hij gaat er ook van houden. (4) Kilo: Puur natuur. Een pad die uit de poel der vruchtbaarheid naar de poel der verderf waggelt, en weer terug. Derde wereldwonder dat de holte van ons westerlingen afwisselend lekker opvult en vervuilt. Een nieuwe christen, vol van waardenbesef, offert zich met plezier op voor de zonden van de mensheid rondom hem. Vliegt daarna terug naar de sloppen om er met

een meisje te trouwen.

Volledig artikel als PDF

Auteur Jeroen Versteele, Tim Knapen

Publicatie Etcetera, 2004-06, jaargang 22, nummer 92, p. 34

Trefwoorden attergalyokramholtekiloschervenbusinesswomanlekkerpoel

Namen AttergalEngelsGeslacht van Dood PaardHollandseJeroen VersteeleKiloSpaansTim KnapenvanYokram en Gra


Development and design by LETTERWERK