Archief Etcetera


kertijd globaal moeten functioneren. Een Gesamtkunstwerk dus, zonder automatisch de Wagneriaanse fusie te imiteren.



kertijd globaal moeten functioneren. Een Gesamtkunstwerk dus, zonder automatisch de Wagneriaanse fusie te imiteren.

kertijd globaal moeten functioneren. Een Gesamtkunstwerk dus, zonder automatisch de Wagneriaanse fusie te imiteren.

Pers, kritiek, debat

De globale benadering van opera is na Wagner onveranderd gebleven, maar de manier om die totaliteit te conceptualiseren is volop in beweging en is niet meer dezelfde als in de periode van Visconti of Hermann. Daarom vind ik dat we enorm veel vrijheid dienen te geven aan de kunstenaars die -al dan niet voor de eerste keer- in de opera komen regisseren. Dit is uiteraard een proces van vallen en opstaan, maar we kunnen in ieder geval niet meer verwachten dat wat op het toneel gebeurt een precieze vertaling is van het libretto of een illustratie van de muziek. Het gaat voortaan over iets anders. Wat Der fliegende Holländer betreft sta ik open voor verschillende beoordelingen en zelfs voor kritiek, maar ik vind wel dat Guy Cassiers en zijn team een standpunt met een sterke logica ontwikkeld hebben. Ze hebben dat vertaald in een visuele wereld waarin sprake is van het theater, van het stuk, van het verhaal... määr in een nieuwe vormgeving. Een groot deel van het publiek was gewonnen voor deze productie -met veel uitdrukkelijke lof voor de regie- terwijl ze aan veel recensenten niet besteed was.

Waarom? Misschien heeft het te maken met de traditionele Germaanse dramaturgie. Dramaturgie is volgens mij trouwens vooral een Germaans gegeven; in de Franse traditie is er minder sprake van. Het is evident dat de sterk intellectuele Germaanse dramaturgie tot fantastische resultaten heeft geleid, maar een ander soort werk kan je er moeilijk mee interpreteren. Dat was heel duidelijk bij Orfeo. Deze productie werd helemaal niet begrepen -of misschien wel rationeel begrepen, maar niet gewaardeerd-door de Duitse pers. Van de abstractie van Achim Freyer kunnen zij wel houden, maar ze vinden zich niet terug in de abstracte én expressieve wereld van Trisha Brown. We moeten vermijden dat we het werk van de ene traditie interpreteren met de criteria van een andere. Dat bedoelde ik met mijn reactie in ons magazine. Guy Cassiers komt uit de wereld van het theater, maar hij komt niet uit de klassieke theatertraditie. Hij komt uit een theater dat heel sterk door de visuele kunsten en door de muziek wordt geïnspireerd. Met die ervaring en sensibiliteit kan hij heel mooie opera's maken, zoals hij al bewees met The Woman Who Walked into Doors (Het Muziek Lod en ro theater, 2001) en Rage d'amours (De Nederlandse Opera, 2005). Het verbaast me hoe ongenuanceerd de reacties op zijn Holländer zijn. Ik zou een

kritiek verwachten die scherp is op een aantal punten, maar die de positieve elementen meer plaats geeft. Veel reacties zijn echter heel emotioneel: het is ja of neen.

Ik moet dus vaststellen dat sommige mensen een sleutel vinden en andere niet. Misschien is het wel zo dat wie een perfecte sleutel heeft voor één bepaalde ingang, zich verloren waant in een andere wereld. Zoiets hoort bij het vernieuwingsproces. Hier in België kunnen wij bovendien niet klagen over een gebrek aan openheid voor nieuwe trends in de operawereld, in tegenstelling tot landen als Groot-Brittannië en Italië, waar de pers zeer conservatief is. Maar indien we willen evolueren, moeten we onze instrumenten aanpassen, niet aan onszelf -de operawereld-maar aan de artiesten. En tegelijk kritisch blijven tegenover diezelfde artiesten, want ze hebben onze kritische blik nodig. Die dialectiek tussen binnen en buiten is noodzakelijk. Je moet binnen raken, maar er is ook afstand nodig. En de pers moet daarbij het debat meer durven aangaan. Nu geeft iedereen zijn eigen mening en daarmee is de kous af. De dialoog die we hier aansnijden is van levensbelang voor de ontwikkeling van de opera.

opgetekend door Marleen Baeten

Werkprocessen

Een repetitieproces voor een nieuwe productie duurt zes weken: ongeveer vier weken in de studio en twee op het toneel. Voor bepaalde producties, bijvoorbeeld met Trisha Brown en Anne Teresa De Keersmaeker, worden er een hele tijd -bijvoorbeeld zes maandenvóór de repetities workshops georganiseerd. Zo kan de regisseur of choreograaf zijn/haar project een eerste keer testen. Trisha Brown bijvoorbeeld werkt eerst met haar dansers. Zij creëert elke operarol eerst met een danser. Maar nadien moet ze dat vertalen naar een zanger, die niet over dezelfde capaciteiten beschikt. Ze moet dus vereenvoudigen en nagaan of het al dan niet werkt. Je hebt bijgevolg tijd nodig om iedereen met zijn eigen persoonlijkheid te betrekken bij dit proces.

Zangers hebben wel eens problemen met regisseurs die uit de the-ater- of danswereld komen en die ongewone dingen vragen, vooral wanneer ze niet goed begrijpen wat er van hen gevraagd wordt of wanneer ze het gevoel krijgen dat de regisseur arbitraire beslissingen neemt. 'Waarom moeten wij dit doen? Waarom mogen wij onze emotie niet onmiddellijk uitdrukken?' Op dat vlak maken wij hier verschillende soorten processen mee. Met Robert Wilson is het

bijna altijd hetzelfde proces, maar met een verschillende timing, afhankelijk van de solisten. Hun eerste reactie verraadt een vorm van destabilisering: ze vinden zich niet terug in de codes van Wilson. Maar op een bepaald ogenblik komt er een 'klik' en vinden ze hun eigen weg in die vreemde gebarentaal. Op dat moment wordt het hun interpretatie. Niet in de traditionele zin, het is eerder zoiets als: hun leven geven aan de interpretatie van Wilson. Er zijn mensen die dat onmiddellijk doen, anderen zijn daar nooit toe bereid. Bij een herneming leidt dat vaak tot interessante situaties. Wilson laat dan tijdens de eerste weken een assistente met de zangers werken. Pas enkele weken voor de première komt hij naar een doorloop kijken. Wanneer hij tevreden is, zegt hij: 'Het was heel goed, maar nu mag u alle techniek vergeten. Probeer nu alleen maar uw eigen leven in de rol te brengen. Probeer vrij te worden.' In een eerste fase is er dus de discipline, de abstractie, de code. Om er daarna, in een tweede fase, leven en persoonlijkheid in te leggen. Het is behoorlijk indrukwekkend om op het einde van het proces zangers te horen zeggen: 'Ja, ik heb het op een bepaald moment wel gevonden, maar het is dagen en weken een geheim gebleven voor mij.'

60

900 etcetera 101


Development and design by LETTERWERK