Advanced Search found 2 item(s) featuring "A. de Geest"
1935 Koloniaal Tooneel (Ernest W. Schmidt)
- . . . Koloniaal Tooneel De dichter A. de Geest heeft een boek van 153 blz. geschreven over Frans Demers en zijn exotisch tooneel, verschenen bij J. Janssens, Antwerpen, met . . .
- . . . We moeten het vooral beschouwen als een verweer, door een derde, tegen minder gunstige beoordeelingen over de drama's van dezen auteur. De h. de Geest leerde Demers kennen in een verloren post in Congo, en beiden sloten vriendschap. De h. de Geest is echter . . .
- . . . De h. de Geest leerde Demers kennen in een verloren post in Congo, en beiden sloten vriendschap. De h. de Geest is echter niet blind voor sommige tekortkomingen in het werk van zijn vriend, en dat moeten we waardeeren. Het was er hem niet . . .
- . . . verweten, soms in bewoordingen die een heftig temperament verraden. Dit mag ons echter niet onrechtvaardig maken. Ook niet het feit dat de h. de Geest , die eerst onlangs uit de kolonie is teruggekeerd en dus onze tooneelbeweging van de laatste jaren slechts van uit de verte heeft kunnen . . .
- . . . heeft o.m. "Het zwakke Geslacht" geschreven. We houden het voor zijn beste stuk. Maar hij kon het nooit opgevoerd krijgen. Vreest de h. de Geest niet dat ook Demer s "de groote verwachtingen" zou kunnen beschamen, wanneer hij het volle gewicht op zich voelt drukken van onze . . .
- . . . in een la te begraven. We leven op tooneelgebied in het land van de concessies. Dit ondervinden schrijvers, spelers, regisseurs, directeuren. De h. de Geest had hierover een interessant hoofdstuk kunnen schrijven... Maar we zijn overtuigd dat hij, indien het hem nog te doen stond, niet meer zou . . .
- . . . uitspraken met de werkelijkheid overeenstemmen. Kan het werk van Demers al dan niet als koloniaal tooneel beschouwd worden? De h. de Geest betoogt dat de critici die zich in negatieven zin uitlieten, de toestanden in Congo niet kennen, dus in dit opzicht geen oordeel kunnen . . .
- . . . zijn een historischen of in het verleden spelenden roman of stuk te schrijven ? We komen dus tot de conclusie dat de h. de Geest zijn boek op een verkeerde basis gebouwd heeft. Wat er wel is in Demers ' stukken : de personages spreken dikwijls over . . .
- . . . den "man die gta en den "man die blijft. Welke koloniale thema's heeft Frans Demers in zijn stukken behandeld? De h. de Geest zal het ons zeggen. Op blz. 67-69 van zijn boek heeft hij het over de sociale toestanden in Congo. En op blz. 70 . . .
- . . . tropen niet behandeld." We vinden het jammer, want hier was nu werkelijk een koloniaal, en een nieuw, onderwerp. "Maar"gaat de h. de Geest voort, "hij heeft den invloed van eenzaamheid, ontgoocheling en klimaat op teergevoelige of zinnelijk aangelegde vrouwennaturen nagegaan, de scherpte der conflicten die er . . .
- . . . op hol -- de Europeesche mannelijke hoofden --, en lokt de meest dramatische voorvallen uit. De schuld van de kolonie, zegt de h. d e Geest , de kolonie heeft deze vrouw gedetraqueerd. Helaas, de auteur zélf spreekt hem tegen. Wanneer Jeanne naar Congo komt is haar zinnelijke evolutie reeds . . .
- . . . halfbloed van een Javaansche moeder en een blanken vader heel wat hooger staat dan wanneer de moeder een halfwilde negerin is. De h. de Geest -- en hij kan het weten -- zegt van de halfbloeden dat ze -- enkele uitzonderingen niet te na gesproken, -- anarchistisch, aangelegd . . .
- . . . kunnen aanvaarden. Het laatste tooneelwerk van Demers : "De Dwingeland", dat ook in Congo speelt, zullen we buiten beschouwing laten. De h. de Geest zegt zelf dat het geen koloniaal tooneel is. Om te eindigen willen we nog de aandacht vestigen op het werk van een ander . . .
1933-03-03 In den Koninkl. Ned. Schouwburg; "De halfbloed" door Frans Demers (Victor J. Brunclair)
- . . . In den Kon. Nederlandschen Schouwburg "DE HALFBLOED" door Frans Demers In een door den heer Alfried de Geest afgenomen interview, spant F. Demers zich in om het argument te weerleggen, dat zijn stukken niet koloniaal zouden zijn. En . . .
- . . . Demers , en niet te onpas schermen met bepalingen, die volkomen overbodig zijn. Het is vreemd te moeten vaststellen dat een man als A. de Geest zoomaar neerschrijft : «Het is komisch vast te stellen, hoe men zich in Europa inbeeldt dat de drijfveeren der «Wilden» . . .
- . . . me geen oordeel over Kongoleesche toestanden aanmatigen, want ik vertoefde nooit in het Evenaar gebied. Maar toch zeg ik : het feit dat A. de Geest er wel woont is geen bewijs dat hij het bij het rechte eind heeft. Als ik aan de Antwerpsche haven een neger . . .
- . . . ik heusch wel tot de slotsom dat we hier staan voor een heel anders bewogen gevoelswereld. Het gescherm met «algemeen menschelijke roerselen» waarmee A. De Geest dit voor hem, we zouden haast gelooven hachelijke twistpunt wil liquideeren, behoort tot de gemeenplaatselijke psychologie, waarop wij niet verder ingaan. Dat . . .
- . . . wij niet verder ingaan. Dat is een gemakkelijke tooverformule om alles meteen te verklaren. En moeten wij in al deze uitlatingen des heeren de Geest niet doodgewoon een bewijs zien, dat het deze heeren functionnarissen ginder mangelt van observatie ? Als er werkelijk volgens De Geest . . .
- . . . de Geest niet doodgewoon een bewijs zien, dat het deze heeren functionnarissen ginder mangelt van observatie ? Als er werkelijk volgens De Geest in ons nikkerland geen dramatische stof te vinden is, waarom schreef Demers dan zijn «Halfbloed»? Neenee : zoo verstaan wij de . . .