VACANTIEKRABBELS I
Karel Van de Woestijne, 1923-07-30
Source
N.R.C, 1923-07-30
Items that may be related to this text • More...
- ◼◼◼◻◻ Karel Van de Woestijne: VACANTIEKRABBELS II... 1923-07-30
- ◼◼◻◻◻ Karel Van de Woestijne: VACANTIEKRABBELS IV... 1923-07-31
- ◼◼◻◻◻ Karel Van de Woestijne: EEN RUSSISCH DICHTER... 1921-08-25
- ◼◻◻◻◻ Karel Van de Woestijne: MUZIEK TE OOSTENDE I... 1921-07-26
- ◼◻◻◻◻ Karel Van de Woestijne: VACANTIEKRABBELS III... 1923-07-31
VACANTIEKRABBELS I
VACANTIEKRABBELS I
Oostende,
- De Maharajah!
Ik geloof niet dat hij een mythe is. Zijn hooge titel staat, met den naam van het land waarover hij regeert, in de officiëele reizigerslijst, - sole official visitor's list. Het heet zelfs dat hij, om de aantrekkelijkheid te verhoogen en meer luister bij te zetten aan zijn bezoek, uit het verre wonder-Oosten een prinses heeft meegebracht, - echtgenoote, dochter of misschien eenvoudig uitverkoren danseres: een danseres te meer te Oostende. Hij is de sprookjesvorst niet die men, in zwarten caftan, in de koepel geschilderd ziet van de groote feestzaal der
Want de Maharajah, hij moge een werkelijkheid zijn, is een werkelijkheid die zich Oostersch-verborgen houdt. Misschien is hij hierheen gekomen om wat koelte te zoeken, die hij natuurlijk niet vindt op het wit-gloeiende strand, op den blakenden dijk, of zelfs in de zalen der
Want hoe zouden wij anders kunnen zijn dan onverschillig, hadden wij dien onzichtbaren Maharajah niet, den zich nochtans zeer reëel openbarenden Maharajah, den astraal-werkenden Maharajah, die den dampkring doorrilt met de geheimzinnige fluïdes? - Onverschillig trouwens als de zee zelve, de groote, Homerisch-onvruchtbare in haar paillettes-kleed, dit jaar aldoor hetzelfde kleed onder de aldoor zelfde zon. Waar is dit jaar, haar grauwe mantel-tegen-den-regen, en haar dik-zwarte kap-tegen-den-storm waar de woeste wind door woelt? Wanneer draagt ze weer eens, de zee, het vale gewaad dat haar innige bewogenheid omhult, of het vinnig-flapperende, teêrkleurige toilet, dat haar voorjaarsdartelheid tooit? - Thans doet zij zich vóór, tegen alle gebruiken in van's ochtends tot's avonds, in hare glinsterende ontvangst-robe van wisselend taf, belegd met zilveren stiksel, zooals de mode eischt; en zij speelt aldus haar gastvrouw-rol met de nonchalance van een koningin, die natuurlijk al haar genooden niet kennen kan, en waar ook de genooden onverschillig tegenover blijven, - de genooden, die alleen nog oog hebben voor de luchtige nimfen, voor de weinig-verbergende sirenen, die haar abstracte majesteit tegen middag en avond verlevendigen met speelschheid.
Geblaseerdheid. - Is er dan niets nieuws (behalve natuurlijk de misprijzend-vereenzaamde Maharajah!), niets ongewoons althans in Oostende te zien? Toch wel. Er is, namelijk, Middelburg en Goes, er is Zierikzee en Brouwershaven, er is Marken en Schiermonnikoog, en ik zou er niet durven op zweren, dat de eilanden Rottum en Borkum zich onbetuigd hebben betoond. Het laat diepgaande ethnographische studies toe: de oud-Hollandsche kleederdrachten schijnen zelfs invloed uit te oefenen op de zeer mondaine avondtoilettes die weer eens, tegen de smalle, doorschijnende mode in, hier en daar een schuchter crinolinesoffensief aandurven. Nooit is Nederland in Oostende vertegenwoordigd geweest als dit jaar; men merkt het aan twee feiten: de citroenkwast is in prijs verdubbeld en de drie Hollandsche bladen, die in de
Een ander te Oostende niet gewoon verschijnsel, dat eveneens te wijten is aan de afgematheid van den Belgischen franc en de opgewekte stijgkracht van den buitenlandschen muntstandaard, is minder van ethnographischen dan van maatschappelijken aard. Gij weet dat Oostende een in hoofdzaak Engelsche badplaats heet, in zooverre dat de tweede taal van den geboren Oostendenaar, die een winkel openhoudt, een hotel exploiteert of kamers verhuurt en onder deze drie soorten van menschen zijn alle geboren Oostendenaars onder te brengen), - zoodat de tweede taal te Oostende veel minder het Fransch dan het Engelsch is geworden. De Engelschen nu, die ieder seizoen Oostende aandoen, behoorden tot vóór een jaar tot een zeer bijzonder soort Engelschen: tot het soort dat nooit het vasteland verlaat; het soort dat het geboorteëiland den rug heeft toegekeerd en dat zelfs buiten dat eiland geboren, het nooit zien zal dan om, misschien er te gaan sterven: het soort Engelschen namelijk dat den winter doorbrengt te Cannes en te Nizza, en den zomer naar Oostende komt, gevolgd door de steeds zelfde kellners en barmen, lieden die eveneens deze weelderige levenswijze hebben geadopteerd. Dit jaar, zei ik, is daar verandering in gekomen. In de afgeloopen maand Juli kon een niet al te veel eischende Engelschman te Oostende drie volle dagen en drie volle nachten leven met één pond sterling, een gansche maand dus met tien pond. Dit krijgt hij moeilijk gedaan in het eigen vaderland. Wij beleven dus een invasie van Engelschen-van-minderen-stand; menschen die, het reizen niet gewoon, maar die willen doen gelooven dat ze van hun leven nooit anders gedaan hebben -, hier omwandelen in de ongelooflijkste dracht: gespijkerde schoenen die oningewijden zouden doen gelooven dat Oostende middenin het Alpencomplex ligt, een rugzak die het vermoeden wekt dat het voedsel hier schaarscher is dan in oorlogstijd en een gebrek aan hoofddeksel dat tot pijnlijke gedachten leidt nopens het uitsterven van de Engelsche hoeden- en pettenmakerij. En daarmede zijn al die middenstands-Engelschen, wat kleederdracht betreft, al even-schilderachtig als Zeeuwen en Friezen; ze zijn alleen een beetje belachelijker; en een beetje onwelvoeglijker ook, waar ze de deftigste avondpartijen onrustbarend maken met hun khaki-katoenen nonchalance; iets waar de Hollandsche deftigheid en de trage blooheid der Nederlandsche kustbewoners natuurlijk niet verdenkbaar van is.
Er zijn niet alleen Hollanders, er zijn niet alleen Engelsche kantoorbedienden: er zijn ook, en talloos, Russen. En dezer opschik is nog veel minder gewoon dan die van Volendammers en Schiermonnikoogers, of dan het globetrotters-toilet der Angel-Saksers die voor het eerst de zee overstaken. Niet dat men ontelbare Astrakanmutsen,
Russische dansers: nadat de Russische balletten verleden jaar het great event van de Oostendsche season zijn geweest, ontmoet men hier, naast voornoemde buitenlanders, een hoogst onbetamelijke hoeveelheid van deze saltatores. Beroepsdansers zag men vroeger in de
En wie in Oostende van al dat aangedikte en meer of min opdringerig-pittoresk cosmopolitisme even wil uitblazen, hij wendt stappen en blikken af van strand en dijk, van
En men is er, zoo goed als altijd, alleen.
N.R.C.,
Items that may be related to this text
- ◼◼◼◻◻ Karel Van de Woestijne: VACANTIEKRABBELS II... 1923-07-30
(date-month) 1923-07 • zee • (author) Karel Van de Woestijne • oostende • (date-year) 1923 • Kursaal, Oostende • kurzaal - ◼◼◻◻◻ Karel Van de Woestijne: VACANTIEKRABBELS IV... 1923-07-31
(author) Karel Van de Woestijne • oostende • (date-year) 1923 • (date-month) 1923-07 - ◼◼◻◻◻ Karel Van de Woestijne: EEN RUSSISCH DICHTER... 1921-08-25
Leo Tolstoj • natuurlijk • (author) Karel Van de Woestijne • russische - ◼◻◻◻◻ Karel Van de Woestijne: MUZIEK TE OOSTENDE I... 1921-07-26
(author) Karel Van de Woestijne • oostende • zee - ◼◻◻◻◻ Karel Van de Woestijne: VACANTIEKRABBELS III... 1923-07-31
(author) Karel Van de Woestijne • Kursaal, Oostende • (date-year) 1923 • (date-month) 1923-07 - ◼◻◻◻◻ Karel Van de Woestijne: MUZIKALE VERHUIZING... 1921-09-19
(author) Karel Van de Woestijne • oostende • Kursaal, Oostende • kurzaal • Koninklijke Muntschouwburg, Brussel - ◼◻◻◻◻ Karel Van de Woestijne: MUZIEK TE OOSTENDE I... 1921-07-27
(author) Karel Van de Woestijne • oostende • Kursaal, Oostende • Koninklijke Muntschouwburg, Brussel - ◼◻◻◻◻ P.: Nederlandsche Schouw... 1923-01-09
Leo Tolstoj • (date-year) 1923 - ◼◻◻◻◻ Karel Van de Woestijne: DE WEEK VAN JAMES EN... 1922-08-25
(author) Karel Van de Woestijne • oostende • Kursaal, Oostende - ◼◻◻◻◻ Karel Van de Woestijne: VLAAMSCHE LETTEREN... 1923-01-22
(author) Karel Van de Woestijne • (date-year) 1923