Calderon's "Schouwtooneel" in "De Nieuwe Spieghel"

Willem Putman, 1925-05-16


Source

Willem Putman, Tooneel-groei (1921-1926): Indrukken over het na-oorlogsch tooneel-herleven in ons land. Brugge: Excelsior, 1927, pp. 32-35.


Items that may be related to this text • More...

  1. ◼◼◼◼◻ Willem Putman: Tchapek : "R.U.R."... 1925-05-12
  2. ◼◼◼◻◻ Willem Putman: Michiel De Swaen :"D... 1925-02-21
  3. ◼◼◻◻◻ Willem Putman: Michel De Ghelderode... 1925-12-20
  4. ◼◼◻◻◻ Anon.: Een théâtre d'avan... 1925-05-12
  5. ◼◼◻◻◻ Willem Putman: Alph. Laudy : "De Pa... 1926-03-24

Calderon's "Schouwtooneel" in " De nieuwe Spieghel".

Het spel van Calderon werd ons getoond, vastgezet in een drieluik-vorm, waarin dan het te spelen "Schouwtooneel" het centrale tafereel is. Vóór een gouden voorhangsel verschijnt de Dichter (Staf Bruggen), Christusfiguur in koningsgewaad -- onder hem ligt diep neergehurkt de wereld (Renaat Verheyen), gehuld in een veelkleurig met verguldsel bestreken kleed, zeer wijd van omvang, zoodat deze personage er uitzag, onder een met dit kleed aangepast masker, als een log gevaarte, een soort reusachtig weekdier, uit de diepte bezingend 's werelds schepping op een rhythme van schommelende logge bewegingen -- welk verhaal wordt begeleid door een muzikale adaptie vanKarel Albert, waarbij wij slechts betreuren kunnen, dat hier alleen een piano ons aanduiden kon tot welke verrassende orchestratie deze expressieve muziek zou kunnen aanleiding geven.

De Dichter (hier God, Schepper en Regeerder) gebiedt de Wereld het tooneelspel voor te bereiden, waarin de menschen de hoofdrollen zullen uitbeelden. Hij roept ze op, nog ongeboren -- en in grijze doeken gehuld verschijnen de zes gestalten, "zes personages op zoek naar een auteur", allen nog zielloos, vormloos, naakt. "Elk krijgt zijn rol" en ook de titel van het te vertoonen stuk wordt hun medegedeeld, zooals gebeurde in de middeleeuwsche Vlaamsche Landjuweel-wedstrijden, toen elke mededingende kring beschikte over een schrijver, die dan één zelfde gegeven (bijv. "Wat de mensch het meest noodig heeft") uitwerkte op zijn manier. Hier luidt de door den hoogsten aller dichters opgedrongen titel : "Volbreng het goede, want uw Heer is God !" Zelf geeft de Dichter den spelers tot leider een soort regisseur, de Wet der Genade (een witte vrouw, gehuld in strak gewaad, die den spelers te allen tijd de hoogste wet herinneren moet) en wanneer het eerste gouden doek opengaat en een nog glansrijker hemel toont, doorbliksemd met gouden zonnestralen, waai de Schepper plaats neemt in den luister Zijner Heerlijkheid als Hooge Toeschouwer, begint het spel te zijner eere.

De grijze schepselen hebben thans den vorm aangenomen, die hun door den Dichter is aangewezen en verschijnen in de hun passende kostuums. Zij zijn : de Koning (Louis Plaum) in purperen gewaad met kroon en scepter, de Ingetogenheid (Stella van de Wiele) in grijze nonnenkleedij, de Schoonheid (Judith van Gelder) met bloemen in de zwarte lokken en een zijige voile om haar ranke leden, de Rijke (Maurits Hoste) in gesteven goud-kostuum, de Landbouwer (O. van Crombrugghe) met het houweel in de pezige handen, zweetend en zwoegend, de Arme (Cor de Wiele) die het grijze gewaad harer schamelheid behouden heeft, want deze laatste kreeg niets -- haar rol is te bedelen.

Het spel van het leven gaat zijn gang. Ieder dezer dramatis personae doet wat wij tot op heden door de tot de voorgestelde categorie behoorende menschen zien doen. De ingetogenheid alleen schenkt hare voortdurende aandacht aan den Heer; de schoonheid leeft slechts voor zich zelf, wil haar gaven weerkaatst zien overal en lacht haar leven lang haar eigen beeld toe. De rijke is tuk op alle genot, dat hij maar koopen kan. De boer mort over den last, die op zijn schouders drukt -- en de koning ziet alleen maar uit naar steeds ruimere wingewesten voor zijne nooit voldane heerschzucht.

Ieder van hunne vragen wordt met hetzelfde gebod van de Wet der Genade beantwoord : "Volbreng het goede", zin die met een muzikale phrase is onderlijnd -- maar als dan de arme bedelares verschijnt en haar bedeltaak vervult, heeft niemand medelijden met haar en gaat een ieder verder zijn eigen egoïstischen gang. De Heer roept ze weg van het wereldtooneel, onvoorzien, wanneer het Hem past, -- en bij iederen dood weerklinkt een biecht. Alleen de rijke kent geen berouw; hij deinst terug voor het graf, waarheen de arme snelt als naar een verlossing. De "Wereld", die gedurende het spel het publiek voorstelt en links zit van den Schepper, wijl rechts de Wet der Genade lichtend staat als een standbeeld, noemt hem heidensch. Laatst blijft de godsdienst op de wereld over. Bij het vernemen van Gods roep treedt de kloosternon Hem gewillig tegemoet, voor Wien zij leefde. In het naspel verschijnen dan opnieuw de menschengestalten, ontdaan van hun wereldsche kostuums, allen door den dood van her op gelijken voet gesteld, en de Dichter des heelals spreekt zijn oordeel uit over iederen speler. De ingetogenheid en de arme worden dadelijk opgenomen in zijn rijk; den Koning wordt zijn hoogmoed vergeven, omdat hij op aarde den godsdienst heeft gesteund; en ook voor de schoonheid en den boer heeft de dichter na eenigen tijd (vagevuur) erbarmen. Alleen de rijke wordt in de hel verwezen en het spel eindigt met een gezamenlijke aanbidding van al de spelers van het "Schouwtooneel", Wat ten slotte van dit spel een specifiek Sacraments-spel maakte, werd weggelaten.

Over het algemeen werd sober geacteerd in den statigen toon, die dit spel, althans volgens De Meester's strakke uitbeelding, past. Waar wij dan weten, hoe deze toon den spelers van het "Volkstooneel" denkelijk minder vertrouwd is dan de opgezweepte Vlaamsche luidruchtigheid van "De gecroonde Leersse", moeten wij het hier bereikte ten zeerste loven.

Maar ongetwijfeld vertolkte het best zijn rol de regisseur. Zijn opvatting is misschien te bestrijden wegens het al te zeer verstrakken van dit zacht-katholieke spel, maar zijn adaptatie stelde deze 17e eeuwsche allegorie volkomen in ons bereik. Bij geen zijner vroegere spektakels was trouwens een zóó schoone eenheid bereikt. Alleen in den aanvang leken meer coupures gewenscht voor ons 20e eeuwsch ongeduld en misschien paste beter naast een sneller bewegen een lichtere toon; ontegensprekelijk is de tekst van dit "blijspel" vaak door humor gekleurd en dat werd niet voldoende onderlijnd.

16. 5. 25.

Items that may be related to this text

  1. ◼◼◼◼◻ Willem Putman: Tchapek : "R.U.R."... 1925-05-12
    (date-month) 1925-05 • De gecroonde leersse • De Nieuwe Spieghel • spel • Vlaamsch Volkstooneel • Johan De Meester jr. • (date-year) 1925 • (author) Willem Putman
  2. ◼◼◼◻◻ Willem Putman: Michiel De Swaen :"D... 1925-02-21
    De gecroonde leersse • De Nieuwe Spieghel • Vlaamsch Volkstooneel • Johan De Meester jr. • (date-year) 1925 • (author) Willem Putman
  3. ◼◼◻◻◻ Willem Putman: Michel De Ghelderode... 1925-12-20
    De gecroonde leersse • De Nieuwe Spieghel • Vlaamsch Volkstooneel • Johan De Meester jr. • (date-year) 1925 • (author) Willem Putman
  4. ◼◼◻◻◻ Anon.: Een théâtre d'avan... 1925-05-12
    (date-month) 1925-05 • De gecroonde leersse • De Nieuwe Spieghel • Vlaamsch Volkstooneel • Johan De Meester jr. • (date-year) 1925
  5. ◼◼◻◻◻ Willem Putman: Alph. Laudy : "De Pa... 1926-03-24
    Schouwtooneel • De Nieuwe Spieghel • Johan De Meester jr. • Vlaamsch Volkstooneel • (author) Willem Putman
  6. ◼◼◻◻◻ Willem Putman: "Hamlet"... 1927-10-10
    Karel Albert • Johan De Meester jr. • Vlaamsch Volkstooneel • (author) Willem Putman
  7. ◼◼◻◻◻ Willem Putman: Gaston Martens : "De... 1925-11-14
    Schouwtooneel • Vlaamsch Volkstooneel • Johan De Meester jr. • Pedro Calderon de la Barca • (date-year) 1925 • (author) Willem Putman
  8. ◼◼◻◻◻ Willem Putman: Felix Timmermans en ... 1925-09-27
    Johan De Meester jr. • Vlaamsch Volkstooneel • (date-year) 1925 • De gecroonde leersse • (author) Willem Putman
  9. ◼◼◻◻◻ Willem Putman: Molière's "Nieuwbak... 1927-07-21
    Karel Albert • spel • Vlaamsch Volkstooneel • Johan De Meester jr. • (author) Willem Putman
  10. ◼◼◻◻◻ Willem Putman: Piet Langendijk : "D... 1926-07-15
    spel • Vlaamsch Volkstooneel • Johan De Meester jr. • De gecroonde leersse • (author) Willem Putman