Herman Teirlinck: "Ave"
Lode Monteyne, 1928-03
Source
Lode Monteyne, Koorn en Kaf. Antwerpen: Het Tooneel, 1928, pp. 13-22.
Items that may be related to this text • More...
- ◼◼◼◻◻ Lode Monteyne: Herman Teirlinck: "D... 1926
- ◼◼◻◻◻ Lode Monteyne: Ernest W. Schmidt: "... 1926
- ◼◼◻◻◻ Lode Monteyne: Herman Teirlinck: "I... 1926
- ◼◼◻◻◻ Willem Putman: Herman Teirlinck : "... 1924-12-11
- ◼◼◻◻◻ Willem Putman: Herman Teirlinck: "A... 1938-11
« AVE »
O wereld, ik voel U.
(
I.
In
De echte
We hebben in zijn tooneelwerk, in « De Vertraagde Film », «Ik Dien », « De Man zonder Lijf », telkens sporen ontdekt van de worsteling van den dichter met het universum; van den strijd ook, die de naar eeuwige waarheden smachtende mensch voeren moest tegen den op schoonen schijn verblinden kunstenaar in hem. De overwinning is maar zeer trage gekomen. Ze lijkt zelfs niet volledig. Meneer J. B. Serjanszoon, de orator, is nog niet dood. Wie verzekert ons, dat hij niet onsterfelijk is al schijnt hij wel eenigszins verzwakt. Want den cultus van het kunstige, zingende woord, dat enkel mooi wil zijn, werd
Dit alles ging niet zonder heel veel moeite! Want het leven van elken dag met zijn realiteiten van kleur en klank en rhythmus trok den schepper weer naar de aarde. In «De Vertraagde Film » bleef de werkelijkheid overwinnaar, ook in het tweede bedrijf, dat immers toch niet meer was dan de lang uitgesponnen ontleding van de luttele momenten, die den mensch scheiden van de gevreesde oneindigheid. In «Ik Dien» -- als tooneel wellicht het beste werk --, waarvan het centrale bedrijf de omvademing bracht van het leven der vrouw in zijn veelvuldige vormen en dat als een synthetische voorstelling van de tragedie der liefde bood -- bleef toch het gebeuren op de planken vastgeankerd in de dagelijksche realiteit terwijl het contact met de bovenaardsche wereld, met de zuiver geestelijke oneindigheid, veeleer sporadisch bleef en dan bovendien nog langs kunstmatig-artistieken weg werd bereikt... Vollediger had
In de historie van het Vlaamsche tooneel, zal «Ave » gelden als het eerste spel op louter-geestelijke grondslagen gebouwd -- het eerste welslagen na vele min-of-meer bewuste en met veel of weinig bijval bekroonde pogingen van
Of « Ave » een tooneelwerk van blijvende beteekenis heeten mag, is een andere vraag.
II.
Als dramatist koestert
De wijze waarop de man -- als minnaar of als zoon -- tegenover de vrouw staat, bepaalt den dramatischen hoofdinhoud der motieven. In «De Vertraagde Film» stelt de schrijver het egoïsme van den man tegenover de liefde van de vrouw. Voor den man is liefde de drift van zijn zinnen, voor een vrouw het leven-vullende gevoel, waaruit de moedermin geboren wordt. De man heeft zijn werk en zijn strevingen... We vinden dit zelfde motief in «Ave» terug, doch in meer abstracte vormen en vollediger uitgewerkt. De jonge man verlaat het meisje van zijn keuze omdat hij meent aan een roeping te gehoorzamen, opdat hij eens groot zou zijn en daarom de wenkende Idealen volgen moet... In « Ave » heet
In de « Vertraagde Film » repte de man van zijn fabriek, van zijn maatschappelijke positie... In «Ave» zijn de lokkende machten, die de liefde vernietigen, minder bepaald. Ze zijn enkel -- zooals
« fantasievormen van ons begeeren, van onze zinnelijkheid, onze stoffelijkheid»... «Ge kunt er misschien in zien: het Hebben, of de gierigheid, het Toonen of de gloriezucht, en ook het Geven, de zoon van het Hebben... Alles stof...» Zeer duidelijk, zoodat slechts één verklaring mogelijk blijft, zijn deze voorstellingen van wat men, schijnheilig, -- het woord is van den auteur-zelf -- idealen noemt, evenwel niet omlijnd. Zij zijn de geestelijke machten die in den man het reine gevoel en het geweten bestrijden en overwinnen... En zie, de moeder van den man, zal de machten helpen omdat zij hoopt, dank zij hun overwinning, haar kind, dat aan haar liefde ontgroeide, te kunnen behouden!
In «Ik Dien » zagen we hoe ten-gevolge van het mannelijk egoïsme, dat aan liefde slechts een zeer betrekkelijke beteekenis hecht, de vrouw ten-onder gaat en enkel genade vindt bij God, die alles begrijpt en alles weet. Slechts in schijn staat een drama lijk « De Man zonder Lijf » buiten het enge verband, dat het gansche tooneelwerk van
In « Ave » heeft
Helaas, zoo geheel zuiver instinctief heeft de auteur zijn uitbeelding van het moederlijk gevoel niet kunnen houden. Te zeer hoefde hij, terwille van de ontwikkeling der handeling -- hoe geheel innerlijk deze zijn wil -- het leven -- al was dat dan ook maar in zijn elementairste vormen! -- te doen ingrijpen. En wie het gewone bestaan inschakelt stelt ook het instinct, dat onverbiddelijk een rechte, vooraf-bepaalde, eeuwig dezelfde lijn volgt, bloot aan inwerking van invloeden van buiten-af. Zoo komt het, dat het beeld der Moeder, zooals
In den tweeden tijd heeft
De onfeilbare moeder... Zullen we het bekennen? Zij heeft ons met afschuw vervuld, omdat wij van een zuiver menschelijk standpunt uit, haar daad beoordeelden, toen zij het meisje verstootte, dat de moeder worden zou van het kind van haar zoon. Wij voelden een afkeer gelijk aan dezen, die ons besluipt wanneer in een tragedie van
III.
Geen enkel van
« Ave » is een gematerialiseerde kunstenaarsdroom, waarvan inhoud en vorm vergroeiden tot een stijlvolle eenheid: subtiele harmonie van disparate elementen geboden door plastiek, kleur, beweging, rhythmus van gebaar en woord, klank van muziek en taal.
Van als het doek is opgegaan en terwijl ook het tooneel nog duister is, rukt de dichter den toeschouwer los uit de dagelijksche werkelijkheid en toch blijft waarneembaar de wilde bruising van het leven, welke gesuggereerd wordt door spelende gramofones, die elkaars geluiden trachten te neutraliseeren of te vernietigen. Wanneer langzaam het licht ontgloeit, merkt men, geschilderd op het fondboek, een reuzigen halven zonnecirkel : spiegelbeeld van den hemel. Daar tronen de reien, die het spel toelichten en ; door wier mond de dichter spreekt. -- Als de scherpe steven van een schip, strenglijnig en monumentaal, spitst een altaarvormig verhoog vooruit. Dat is het bovenaardsche plan. Daar bewegen de idealen, strevingen en betrachtingen, gesymboliseerd door de fantastisch-gemaskerde Machten. Boven hun hoofden wiegt zacht een zeepbel, waarin vreemde lichtglansen leven... zinnebeeld van de vergankelijkheid der nagejaagde hersenschimmen... En beneden, op den plankenvloer van het tooneel, leven en lijden de menschen : de moeder, de zoon, het meisje, dat, zoodra het licht gaat schijnen, alléén staat vóór het altaar. Daar wandelt geruischloos het Geweten rond, dat wijken zal voor der menschen eerzucht...
Opmerkelijk is het hoe
En terwijl de machten den jongeling lokken, wordt beneden de eeuwige strijd gevoerd... Het meisje denkt, dat haar liefde de heele aarde vult, dat zij voor den Geliefde de wereld is, het begin en het einde van alles. En ze offert heur jeugd en haar maagdelijkheid. De voldane man wil zijn idealen volgen en heengaan. Zijn moeder helpt hem, ook dan wanneer ze weet, dat het verstooten meisje een kind gebaard heeft. Zij wil, dat haar zoon, dien zij tot het beheerschen der wereld geroepen waant, zijn hoogere bestemming volgen zou, trots de vermaningen van het Geweten... En de jonge vrouw, wier liefde geofferd wordt, slingert de oude Moeder haar afschuw in 't gelaat en bidt God haar de kracht te leenen om Haat te kweeken.
Dat is de eerste tijd. Een eigenlijk conflict, dat de menschen tegenover elkaar plaatst, de hartstochten doet steigeren, is daarin niet aanwezig. Slechts zelden zien de optredende figuren elkaar oog in oog, komen hun wezens met elkaar in botsing. De actie is geheel innerlijk -- blijkt vaak enkel veruiterlijkte zelfontleding, waarbij de belichaamde abstracties lijk het Geweten en de al te vagelijk gekarakteriseerde Machten een voorname rol vervullen. De dynamische kracht straalt vooral uit het gedachtenzware, symbolenrijke woord. Meer dan eens zelfs kan de actie herleid worden tot gedramatiseerde lyriek. En dat is nog meer het geval in den «tweeden tijd», die scenisch zwakker blijkt te zijn, waarschijnlijk omdat, uiterlijk althans, daarin nagenoeg hetzelfde gebeurt als in de eerste akte. Heeft de schrijver een indruk willen wekken van den eindeloozen wentelgang der feiten, van het eeuwig herbeginnen van elke gebeurtenis, van de onveranderlijkheid der essentiëele dingen ?
In dezen tweeden tijd is de jonge vrouw uit het eerste bedrijf nu de oud-wordende Moeder en ook zij steunt haar zoon, die de Geliefde en zijn kindje wil verlaten om hersenschimmige idealen na te jagen. Maar wanneer zij merkt, hoe zij zelf een hinderpaal is voor den zoon, welke zich ook losrukken zal van haar, « die de heele wereld met haar kleine wezen wilde vullen», dan bidt zij -- en dit is de hoogste steigering der volstrekte moederliefde --: «Verlos mijn zoon van zijn moeder»... En het geweten omhangt het beeld der oude vrouw -- die voor de spits van den altaarvormigen tooneelbouw zit als een mater dolorosa, -- met een sluier, want nu zij geen moeder meer zijn kan, heeft het leven geen waarde meer voor haar. En uit den hooge dalen de litanieën de heiligende moederliefde tot lof...
«Ave» is cerebraal werk, dat dikwijls den geest boeit, zelden ontroert. Het lijkt bedacht, gebouwd op vooraf-bepaalde opvattingen met streng afgepaste denkbeelden, deze dan met sierlijkheid van woorden omsponnen. Ware daar niet de beeldenrijkdom van de taal, die den gewilden en schoonen eenvoud der lijnen breekt, we zouden dit werk vergelijken gaan bij een stoeren bouw in beton en ijzer, welke ons onwillekeurig noopt tot grooter bewondering voor het werk van den ingenieur dan voor den kunstarbeid van den architect. Waarom toch werden we zoo dikwijls genoopt tot een meebeleven van de worsteling, die de scheppende kunstenaar met de stof en met de techniek te voeren heeft? Een waarachtig groot kunstwerk, hoe zeer het dan ook de vrucht is van menige nachtwake, laat toch altoos een indruk van spontaneïteit, van natuurlijk gegroeid-zijn na ! We hebben naast den vernuftigen denker
Men voelt, helaas, in «Ave»
(1) Interview met Joh. de Maegt in « Het Laatste Nieuws > van 6 Maart 1928.
(2) « Ave » werd gecreëerd in den Koninklijken Vlaamschen Schouwburg van Brussel in Maart 1928.
Items that may be related to this text
- ◼◼◼◻◻ Lode Monteyne: Herman Teirlinck: "D... 1926
vertraagde film • Het stille gesternte • leven • teirlinck • (author) Lode Monteyne • vrouw • menschen • De vertraagde Film • wereld • Het ivoren aapje • ivoren aapje • auteur • vertraagde • Herman Teirlinck • liefde • herman teirlinck • De wonderbare wereld • film • man - ◼◼◻◻◻ Lode Monteyne: Ernest W. Schmidt: "... 1926
moeder • leven • teirlinck • Ik dien • (author) Lode Monteyne • menschen • De vertraagde Film • geheel • auteur • Herman Teirlinck • wereld • tijd - ◼◼◻◻◻ Lode Monteyne: Herman Teirlinck: "I... 1926
leven • teirlinck • Ik dien • (author) Lode Monteyne • De vertraagde Film • Zon • Herman Teirlinck • dien • elken dag • auteur • herman teirlinck • wereld • film - ◼◼◻◻◻ Willem Putman: Herman Teirlinck : "... 1924-12-11
moeder • vertraagde film • leven • teirlinck • Ik dien • Man zonder lijf • Herman Teirlinck • De vertraagde Film • Zon • Het ivoren aapje • herman teirlinck • film • man - ◼◼◻◻◻ Willem Putman: Herman Teirlinck: "A... 1938-11
moeder • leven • teirlinck • Herman Teirlinck • menschen • Ave • machten • ave • herman teirlinck - ◼◼◻◻◻ Jan Boon: Tooneelrenaissance i... 1924
Anton Van de Velde • leven • Christoffel • Ik dien • Herman Teirlinck • dichter • menschen • De vertraagde Film • Willem Putman • herman teirlinck • William Shakespeare • De zonderlinge gast • tijd - ◼◻◻◻◻ Lode Monteyne: Willem Putman: "Loop... 1926-04-11
Willem Putman • teirlinck • Ik dien • Man zonder lijf • (author) Lode Monteyne • De vertraagde Film • Anton Van de Velde • auteur • Herman Teirlinck • Looping the loop - ◼◻◻◻◻ Lode Monteyne: Herman Teirlinck: "D... 1926
vertraagde film • leven • teirlinck • Ik dien • Man zonder lijf • (author) Lode Monteyne • ter verovering • De vertraagde Film • Herman Teirlinck • man - ◼◻◻◻◻ F.D.P.: De Vertraagde film... 1922-03-10
vertraagde film • teirlinck • vertraagde • De vertraagde Film • herman teirlinck • Herman Teirlinck • film - ◼◻◻◻◻ Lode Monteyne: Anton van de Velde: ... 1926
Anton Van de Velde • De zonderlinge gast • Christoffel • (author) Lode Monteyne • Willem Putman • auteur • Looping the loop • Herman Teirlinck • tijd