Advanced Search found 14 item(s) featuring "Wies Moens"

1924-08-25 Tooneel in België: Het vernieuwde "Vlaamsche Volkstooneel" (Willem Putman)
  • . . . een nieuwen modernen tooneelstijl. De beheerraad der onderneming is samengesteld uit: Dirk van Sina, Hector Stevens, Fernand Berghmans en Prosper Thuysbaert. Secretaris is: Wies Moens en de regie werd toevertrouwd aan Johan de Meester jr. In verband met het repertorium verneem ik het volgende: Als eerste . . .
  • . . . Felix Timmermans , dat indertijd verscheen in het tijdschrift "Pogen"; "De danser van Onze Lieve Vrouw", de bewerking eener oude legende door Wies Moens en "Uilenspiegel", evenzeer een adaptatie van een oude klucht. Hierbij is dan nog gevoegd: "Smidje-Smee", in een oude bewerking van Sleeckx , . . .
1925-02-21 Michiel De Swaen :"De gecroonde Leersse" in "De Nieuwe Spieghel" (Willem Putman)
  • . . . me voila désarmé. Men vroeg iets om te lachen na de griezelige spookgeschiedenissen die vooraf gingen. De letterkundige adviseur van het " Volkstooneel ", Wies Moens , heeft in "Pogen" een nogal heftigen uitval gedaan tegen de op "De Nacht" en "Advent" alhier uitgebrachte critiek, dewelke trouwens meer gericht was . . .
1924-12-06 Helmuth Unger : "De Nacht" in "De Nieuwe Spieghel" (Willem Putman)
  • . . . maken. Ik beweer dat het dialoog is van De Tière , waarin Paul de Mont ; een paar dichterlijke beelden van Wies Moens heeft gezet. On-literair, werd ergens verklaard. Beter was : ontooneelmatig, volstrekt ongeschikt om "gezegd" te worden. Ik neem gaarne aan dat de tekst . . .
1924-10-08 Het Vlaamsch Volkstooneel (Anon.)
  • . . . Delbeke ; door-de-stuwing van H. van Overbeke te Gent en Pr. Thuysbaert te Lokeren; door het krachtige pogen tevens van Wies Moens , wiens Veelzijdige begaafdheid zich ook hier heilzaam deed gelden. Tegelijkertijd, dat er overal een streven was waar te nemen naar expressionisme en symbolisme . . .
1922-03-16 "Philoctetes" door het Vlaamsche Volkstooneel te Brussel (Cr.)
  • . . . prachtige opkomst, en een aandachtsvolle zaal. Een avond van diep aangrijpende kunst. Met eene onverwachte, langdradige, en naar ons oordeel overbodige inleiding van Wies Moens , die het had over den oorsprong van het Grieksch tooneel, over klassieke kunst, en dies meer. De jonge sympathieke kerel werd zeer welwillend . . .
1920-10-11 Het Vlaamsch Volkstooneel: Een Staatsgevaarlijke Kunst (F.)
  • . . . een paar jaren om te onderzoeken waarin zijn activisme toch eigenlijk zou kunnen bestaan? Er is misschien wel nog een plaatsje open naast Wies Moens . Niets is eenvoudiger dan onmiddellijk de militaire censuur terug in te voeren en den heer Masson te verzoeken, op beide knieën, weer in . . .
1923-03-25 Nieuw Katholiek Tooneel in Vlaanderen (Anon.)
  • . . . de waarheid komt aan het licht en de booze herbergier wordt gestraft. Onder titel Het spel van den gestrafte met den koorde leverde Wies Moens pas een nieuwe vertaling van het mirakelspel, dat thans op het repertorium van Dr O. De Gruyter 's Vlaamsche Volkstooneel voorkomt . . .
1933-04-01 "Het spreekkoor" door B. Gruwez (B. Gruwez)
  • . . . : Leider -- Vlaanderen Vlaanderen bovenal ! Het koor herhaalt : Koor -- Vlaanderen... ... bovenal!! DE OUDE GEWADEN ZIJN AFGELEGD Wies Moens . Het koor bestaat uit 4 reien rei 1 de verdrukten rei 2 de nieuwe jeugd rei 3 de vaandrigs rei 4 . . .
1925-01-03 August Strindberg : "Advent" in "De Nieuwe Spieghel" (Willem Putman)
  • . . . men het gedaan heeft gekregen, zelfs van August Strindberg een minderwaardig -- en trouwens bijna onbekend -- tooneelwerk op te delven. Wies Moens heeft het "verkatholiekt" en De Meester heeft er een reeks schitterende tooneelbeelden van gemaakt -- maar het stuk is daar natuurlijk . . .
1922-07-04 GEDACHTENIS VAN PROSPER VAN LANGENDONCK (Karel Van de Woestijne)
  • . . . doel niet zou bereiken, erkennen die jongeren in Prosper Van Langendonck een voorbeeld dat profetisch is geweest. Marnix Gijsen , Wies Moens , Richard Minne , Urbaan van de Voorde : leerlingen willen ze zijn van niemand; maar daar is hun werk - en . . .
1932-09-13 Het spreekkoor, door L. Geysen (Lode Geysen)
  • . . . Renaat Verheyen heeft de lijn verder doorgetrokken In zijn spreekkoren met de leerlingen van St Norbertus («In mijn land» en «De populieren» van Wies Moens ) tracht hij met de menschelijke stem na te bootsen de geruchten die in het gedicht worden beschreven of aangeduid. Het was klankevolutie, het . . .
  • . . . bevindingen aangaande spreekkoor mee te deelen. Met de idee van De Meester opgedaan begon ik een deel uit de celbrieven van Wies Moens met jongens van 18 jaar te bewerken. Instinctief had ik wel, geloof ik, een goeden tekst gekozen: het was het leven dat de . . .
1923-03 Henri Ghéon: zijn tooneelwerk (Lodewijk Dosfel)
  • . . . aan de armen om aldus op poppen te gelijken. Het Vlaamsche Volkstooneel nam Het spel van den gestrafte met den koorde (vertaling Wies Moens ) op zijn repertorium. Blijkens het voorwoord is de bedoeling van den schrijver geweest langs Molière om, aansluiting te zoeken bij . . .
1924 Tooneelrenaissance in Vlaanderen (Jan Boon)
  • . . . dien overmoedigen ruk, gedurende den oorlog en even daarna, met Paul van Ostayen , Marnix Gysen , A.W. Grauls , Wies Moens , e.a. - en op een ander oogenblik dachten we dat het op 't gebied der plastische kunsten zou wezen. Maar op geen van . . .
  • . . . grondig gewijzigd en dat was allereerst noodzakelijk geweest. Tooneelgids ging me met zijn tijd, de Algemeene Tooneelboekerij zette bescheiden hare heilzame werking voort, Wies Moens zorgde er voor dat we markant buitenlandsch tooneel vertaald kregen, en er waren zelfs menschen die er zekeren nacht van droomden dat er . . .
1921 Wies Moens en zijn werk (Isidoor Van Beughem)
  • . . . WIES MOENS EN ZIJN WERK Wies Moens ! Ieder dagbladredacteur, ieder verzenrecensent en ieder gevangenisbestuurder uit Vlaamsch-België heeft allicht . . .
  • . . . WIES MOENS EN ZIJN WERK Wies Moens ! Ieder dagbladredacteur, ieder verzenrecensent en ieder gevangenisbestuurder uit Vlaamsch-België heeft allicht geschreven over hem; ik twijfel er weinig aan of door vriend en . . .
  • . . . zei -- dewijl het me een genot is in onmiddellijke schoonheid op te gaan -- verstout ik me, op mijn beurt, ook over Wies Moens te wagen. Wies (Aloïs) Moens werd geboren te Sint-Gillis-bij-Dendermonde, den 28 Januari 1898. Met de kinderen van zijn dorp heeft hij . . .
  • . . . genot is in onmiddellijke schoonheid op te gaan -- verstout ik me, op mijn beurt, ook over Wies Moens te wagen. Wies (Aloïs) Moens werd geboren te Sint-Gillis-bij-Dendermonde, den 28 Januari 1898. Met de kinderen van zijn dorp heeft hij niet veel gejokt of gebakeleid, in . . .
  • . . . hem, die voor en na de klasuren soms een handje mocht toesteken in vaders bakkerij. Eens de Vlaamsche universiteit te Gent geopend, was Wies een der eersten ingeschreven en deed hij er flinke studiën, onder leiding van de professoren : Dr Willem De Vreese (Middelnederlandsch) en . . .
  • . . . te Dendermonde en te Hamme, in gezelschap van zijn stadsgenoot-dichter, prof. L. Dosfel . De wapenstilstand kwam en het ouderlijk huis, dat Wies eens in vlammen zag, in 1914, werd thans geplunderd door eigen landgenooten. Den 13 December 1918 werd hij opgesloten in de gevangenis te Dendermonde, . . .
  • . . . Mei naar St-Gillis terug; eilaas 't was om haar te helpen verzorgen... en te dragen naar 't graf. Lijk ieder waarachtig dichter, had Wies ook zijn moeder hartstochtelijk lief, -- dat merk ik onder meer in zijn gedicht «Als over mijn hoofd de zware eskadronnen gaan» (bl. 18 . . .
  • . . . als zooveel zinnelijke elementen ter uitdrukking van onze ideeën en gevoelens? En zonder woorden, toch geen woordkunst, niet waar ? Daar tegenover staat Wies Moens nogal losjes, soms niet : bij voorbeeld bl. 18 van « De Tocht» : « Die mijn land lei als een kleinood . . .
  • . . . en honig -- 's Zondags staat er Zijn Huis te geuren, te gonzen als een bijenkorf! --» Dat is mooie totaliteit. Wies Moens schrijft in vrije verzen, in maat al naar gelange de noodzakelijkheid, gesteld door de werkelijkheid, zooals deze zelf geestelijk aangevoeld wordt, een proces, . . .
  • . . . Kijk in 't geheel niet vreemd op. Bij de lezing van De Boodschap dacht ik ook aan Sigbjorn Obstfelder 's Gedichten, welke Wies Moens maar las na De Boodschap geschreven te hebben, zooals hij mij zelf bekende; wel kende hij van vroeger uit Het dagboek van een . . .
  • . . . er Walt Whitman nog bijdoen -- welke ik gevoel bij een dergelijk jongere, verheugen mij. De goedheid als mensch overheerscht bij Moens dikwijls den kunstenaar en dat geeft, een primitieve bekoorlijkheid aan vele van zijn verzen. Hier zijn bladzijden te schrijven over de gevangenis-eenzaamheid, welke het . . .
  • . . . en dan : «De harten van duizende nachtegalen springen los in juichende-rode kelen : uit campanilla's van ekstase xylofone-konsert van geluk!» N. B. Wies Moens werd den 5 Maart ll. in vrijheid gesteld en den 10 van dezelfde maand reeds ingelijfd bij het regiment der karabiniers te Brussel. . . .