Advanced Search found 25 item(s) featuring "Joost van den Vondel"
1921-06-25 Een kunstfeest te Aalst (Anon.)
- . . . pers geen woord. Het was nochtans een gewaagd idee voor luitenant Van Nuffel met de leerlingen uit de Vlaamsche Legerpupillenschool Vondels dichterlijke bewerking van Huig de Groot 's Latijnsch treurspel "Sophompaneas" in te studeeren en in een reeks openlucht-vertooningen het kunstminnend publiek aan te . . .
1931-06-30 Vondels "Lucifer" in 't Klein Seminarie te Hoogstraten (Anon.)
- . . . Vondels "Lucifer" in 't Klein Seminarie te Hoogstraten Het Klein Seminarie van Hoogstraten heeft Vondels meesterstuk "Lucifer" aangedurfd. . . .
- . . . Vondels "Lucifer" in 't Klein Seminarie te Hoogstraten Het Klein Seminarie van Hoogstraten heeft Vondels meesterstuk "Lucifer" aangedurfd. Een waagstuk zeker; maar toch geen vermetelheid. Immers waar men beschikt over zoo'n zaal en tooneel, over zes honderd studenten voor . . .
- . . . en dat zegt wat voor de honderden toeschouwers die in de laatste jaren, de tooneelopvoeringen der studenten te Hoogstraten hebben genoten. Zeker, in Vondels lange dialogen de spanning steeds even hoog houden is niet gemakkelijk; naast perfecte spelers als Apollion of Lucifer kunnen de andere niet meer ster . . .
- . . . andere niet meer ster uitblinken, maar het ware kleingeestig op details te vitten - die dan nog gedeeltelijk voortkomen uit het feit dat Vondel ... Vondel is, en wij menschen uit de twintigste eeuw - wanneer het geheel tot zulk een hoogte werd opgevoerd. Hemelsch-schoon waren vooral . . .
- . . . ster uitblinken, maar het ware kleingeestig op details te vitten - die dan nog gedeeltelijk voortkomen uit het feit dat Vondel ... Vondel is, en wij menschen uit de twintigste eeuw - wanneer het geheel tot zulk een hoogte werd opgevoerd. Hemelsch-schoon waren vooral de reien, niet . . .
1929-03-05 "Lucifer" door het Vlaamsche Volkstooneel in het Paleis van Schoone Kunsten te Brussel (C.Q.)
- . . . Paleis van Schoone Kunsten te Brussel Zondagnamiddag had in het Paleis van Schoone Kunsten te Brussel een heropvoering plaats van Vondel 's "Lucifer" door het Vlaamsche Volkstooneel . Met dit stuk heeft het Vlaamsche Volkstooneel triomf gevierd in het buitenland, en het is dan ook . . .
1935-06-22 Leeuwendalers (Jr.V.L.)
- . . . Openlucht-voorstelling van Vondel 's "Leeuwendalers" te Herentals Aan het Meulenven te Herenthals heeft onder groote belangstelling een opvoering plaats gehad van Vondel 's "Leeuwendalers". . . .
- . . . Vondel 's "Leeuwendalers" te Herentals Aan het Meulenven te Herenthals heeft onder groote belangstelling een opvoering plaats gehad van Vondel 's "Leeuwendalers". Deze openluchtvoorstelling is een van de schoonste kunstprestaties die het tooneelgezelschap Staf Bruggen al geleverd heeft. Het is ook een kultuur-daad vanwege . . .
- . . . kunstprestaties die het tooneelgezelschap Staf Bruggen al geleverd heeft. Het is ook een kultuur-daad vanwege het tijdschrift: "Herentals" dat het gewaagd heeft Vondel voor het volk op een half uur van Herentals te midden in de bosschen te doen opvoeren. In een buitengewoon typisch Kempisch natuurkader aan . . .
- . . . midden van bosch en duin verloren ligt onder een milde zomerzon voor een uitgelezen publiek dat van heinde en ver was opgekomen, is Vondel 's "Leeuwendalers" op prachtige wijze in de beste voorwaarden (Geen woord ging verloren, alhoewel spelers en publiek door een ven gescheiden waren) op een "groen . . .
- . . . Herentals in de Katholieke Normaalschool van 22 augustus tot 4 september gehouden wordt. De opvoering van "Leeuwendalers" heeft eens te meer bewezen hoe Vondel 's tooneel genietbaar is. Waarom zou men dan onzen door-en-door Vlaamschen Vondel niet boven uitheemsche werken verkiezen? Vondel , de dichter van . . .
- . . . De opvoering van "Leeuwendalers" heeft eens te meer bewezen hoe Vondel 's tooneel genietbaar is. Waarom zou men dan onzen door-en-door Vlaamschen Vondel niet boven uitheemsche werken verkiezen? Vondel , de dichter van het fijne "Wildzang" wordt uitbundig in "Leeuwendalers" als hij aan zijn liefde tot . . .
- . . . bewezen hoe Vondel 's tooneel genietbaar is. Waarom zou men dan onzen door-en-door Vlaamschen Vondel niet boven uitheemsche werken verkiezen? Vondel , de dichter van het fijne "Wildzang" wordt uitbundig in "Leeuwendalers" als hij aan zijn liefde tot de natuur vrijen teugel geeft. Zijn taal is . . .
- . . . en Adelaart was jeugdig frisch, idyllisch-schoon en geweldig pakkend tot op het einde. Al wie uit liefde sterft, die sterft de zoetste dood. Vondel 's "Leeuwendalers" is buitengewoon geschikt om in openlucht opgevoerd te worden en kan door iedereen genoten worden. Heel de groep Staf Bruggen verdient lof . . .
1929-01-03 "De Heilige Nacht" te Moerkerke (Anon.)
- . . . daar waar slechts het allerbeste fabrieksmerk op gestempeld staat. Men oordeele zelf: "Op dichterlijk gebied heb ik die hoofdzakelijk geplukt bij den grooten Joost van den Vondel en Dr Schaepman , bij Guido Gezelle en Priester Cuppens , op muzikaal gebied, in het "Suyverlyck . . .
- . . . De verbolgen God met zijn zware straf. Doch ook, - met zijn algoedheid, de Belofte - de Messias. Dit alles sober gereciteerd in Vondeliaansche verzen, voorafgegaan van een aanvangsgebed gezongen in tonen vol adventstemming. Plots, schuift de gordijn der voorscène open. Tableau: een primitieve schilder is neergedaald en . . .
1929-02-17 Weer een nieuwe Vlaamsche Operette (F.D.R.)
- . . . Noodlot in 't water smijt, herinnert aan Polycrates, schatrijke en kunstlievende tyran van Samos, beschermer van Anacreon, die de zelfde avontuur beleefde. Waarop Vondel in den "Gulden Winckel" zijn rijmpje dicht: Den dwazen voorspoed magh haar geenssins baten niet. Maer zal ten lesten hun noch brengen in 't . . .
1922-04-15 "Gudrun" door het Vlaamsche Volkstooneel (Anon.)
- . . . is, wordt onder de handen van deze Vlamingen modern door het bloed en het leven dat zij het weten in te blazen"; na Vondel 's "Jozef in Dothan", waarmee het Vlaamsche Volkstooneel door Vlaanderen een waren triomftocht heeft gehouden; na den 17-eeuwschen "Warenar", waarmee Dr De . . .
1937 De Lucifer van Joris Diels (Willem Putman)
- . . . winnend punt voor Johan De Meester 's stelling en zienswijze. Maar onbetwistbaar was het overige dier vertooning overschaduwd door een verminking van Vondel 's vers. Dit vers heeft zijn eigen rhythme. Men verwekt slechts schade, wanneer men het geweld doet. De directie van den Antwerpschen Schouwburg . . .
1921-02-01 Jozef in Dothan (Anon.)
- . . . Eerste opvoering van "Jozef in Dothan", van J.V.D. Vondel , door het " Vlaamsche Volkstooneel " in Gent Gent was sinds eenigen tijd beroofd van opvoeringen van het Vlaamsche Volkstooneel maar toch . . .
- . . . hunnen leerlingen, leden van het "Hoogstudentenverbond", van de "Rodenbachsvrienden", van den Multatuli-kring , van het stadstheatergezelschap. Het spel van "Jozef in Dothan" van J.v.d. Vondel is overbekend. Het merkwaardige zit hem in het feit, dat het Volkstooneel er een vertolking van geeft, die met de traditie afbreuk . . .
- . . . lompe lederen werkschoenen, dingen die wij dagelijks onder oogen krijgen. Met een woord de broeders van Jozef waren "menschen" van onzen tijd, gelijk Vondel ze typeerde als menschen van zijn tijd, en lijk wel werkelijk zijn de menschen van alle tijden in tegenstelling met Jozef - de droomer . . .
- . . . Jozefs broers het meeleven veel versterkt. Niet enkel het Bijbelverhaal "Jozef door zijne broeders verkocht" werd aldus vertolkt, maar wel de stof zooals " Vondel " die heeft verdicht met zijn grootmenschelijke dichterziel die droef is om de oneenigheid onder de menschenkinderen - broeders ondereen - die "stichten" wil - . . .
1926-04 EMIEL GIELKENS (Karel Van de Woestijne)
- . . . deze tragedie zeer zeker een reusachtig sukses zou vermogen te boeken? Het stuk is, zeide ik u reeds, geschreven, als de treurspelen van Vondel en enkele andere auteurs, in Alexandrijnen of jambische verzen van zes voeten. Vele van deze voeten hinken bij den heer Gielkens . Er . . .
1927-07-21 Molière's "Nieuwbakken edelman" (Willem Putman)
- . . . met "Lucifer" te Parijs, maar omgekeerd. Men ignoreert hier Molière en den geest van Molière , zooals men te Parijs Vondel en het vers van Vondel ignoreert. ...Boven het tooneel hangen gekleurde letters als lampionnetjes. Wij lezen "GIOURDINA". Links en rechts tusschen geboomte . . .
- . . . ignoreert hier Molière en den geest van Molière , zooals men te Parijs Vondel en het vers van Vondel ignoreert. ...Boven het tooneel hangen gekleurde letters als lampionnetjes. Wij lezen "GIOURDINA". Links en rechts tusschen geboomte -- want we bevinden ons in de . . .
1927-10-10 "Hamlet" (Willem Putman)
- . . . niet onderdoen voor de voorgaande. In het bijzonder waren daar de uitstekende Vondel-vertooningen, waarover de lezer ingelicht wordt in een verder speciaal aan Vondel gewijd hoofdstuk. "Lucifer" werd te Parijs vertoond op het internationaal congres voor tooneelkunst, en de Fransche pers heeft daar veel belangstelling en mede hoogen . . .
1926 Opvoering van Vondel's "Adam in ballingschap" door het O.L. Vrouw van Vlaanderen en O.L. Vrouw van Bijstand te Kortrijk (Anon.)
- . . . Opvoering van Vondel 's " Adam in Ballingschap " in O.L. Vrouw van Vlaanderen en O.L. Vrouw van Bijstand te Kortrijk Deze zijn de . . .
- . . . was de E. H. Hon. Maes, bestuurder der twee gestichten. Het tooneelgedeelte verhief zich tot de allerhoogste hoogten, namelijk tot de opvoering van Vondel 's Lucifer, met de koren van E. H. Van Nuffel, onder de bewonderende verbazing van een talrijk toegestroomd publiek. Dit jaar nu, ging het over . . .
- . . . mensch -- en in haar moeilijkheden -- het tegenwerken des duivels, en het losbranden der driften -- voorgesteld werd door een opvoering van Vondel 's Adam in Ballingschap! M. Jos. Speybrouck, de gekende teekenaar, had gezorgd voor tooneelschikking en kostumen; M. Karel De Sutter , bestuurder der stedelijke . . .
1928-10-05 "Adam in ballingschap" door het Vlaamsche Volkstooneel (Anon.)
- . . . van toen : een koninklijke gebeurtenis, waarvan ik altijd weer den glans in mijzelf kan terugvinden. Opnieuw wordt thans de «Adam» van Joost van den Vondel in Vlaanderen gespeeld, en wel door het gezelschap van Johan de Meester Jr. , dat verleden jaar den «Lucifer» gaf, . . .
- . . . Lucifer voorhenen de Godheid naar de kroon stak, was het tooneel louter hemel : nu is het enkel paradijs» : aldus schreef Vondel in zijn «Opdracht» van het treurspel «Adam in Ballingschap» aan de kunstminnende Heeren, Vaders van het oud-mannenhuis en weeshuis, voorstanders van het recht gebruik . . .
- . . . het aanschijn van den Schepper met de lichtende hemelbollen: ludens coram Eo, ludens in orbe terrarum ! Het vierde bedrijf openbaart, om met Vondel te spreken, de «herkentenis van het treurspel aller treurspelen», waarop dan volgt de schrikkelijke overgang van de hooge bruiloftsvreugd van Adam en Eva in . . .
- . . . drollige drukte, en af en toe de brutale familiariteit, waarmee Verheyen zich in zijn karakteristiek kostuum kwijt van zijn bekoordersrol, liggen ver buiten Vondel s opvatting, ver buiten den geest van den dichter, die in den mond van den als serpent verschijnenden Belial, die uiterste subtiliteit wist te leggen, . . .
- . . . eenigszins... sportieve «Gestaltung» gaf. Hier in deze scène is zuiver Spéélkunst perfect afgestemd op de leven-schokkende tragiek van den zondeval in Eden, door Vondel -- voor wien, naar het woord van Dr Gerard Brom , «het doordachte stelsel der Kerkvaders» en «het doorleefde geloof der geslachten» hierin . . .
1937 De Lucifer van Johan De Meester (Willem Putman)
- . . . VONDEL EN VERSCHAEVE DRIE ASPECTEN VAN "LUCIFER". De «LUCIFER» van JOHAN DE MEESTER Jr. Ongetwijfeld een der glanspunten uit de . . .
- . . . geschiedenis van het Vlaamsche Volkstooneel . Ik heb er reeds van gewaagd in het beknopte nawoord, waarmee mijn boek «TOONEEL-GROEI» is besloten. De Vondel -herdenking bracht ons einde 1937 een paar belangrijke Vondel-vertooningen, en deden als van zelf de vertooning van Johan De Meester opnieuw in ons . . .
- . . . beleven zijn wondere lessen». Naar zulke verzoening tusschen vers en spel ging De Meester 's streven. Het kwam er immers op aan Vondel te «spelen» -- en dus een dramatisch gedicht om te zetten in een fel bewogen spel, zonder aan de schoonheid van het Vondeliaansche vers . . .
- . . . nu de engel Gabriël op, en staat weldra in den gulden luister der reien. Judith Van Gelder laat kristal-helder de «zuivere klanken» van Vondel «Wie is het, die zoo hoogh gezeten Zoo diep in 't grondelooze licht» neerdalen over ons, zelf traagjes neerstappend langs de witte trap, wijl . . .
- . . . haarbos, en dragende op zijn gelaat de vermoeide verwaandheid van dengene, die heerschen wil, heelemaal zijnde de stoute en overheerlijke realisatie van wat Vondel in zijn «Berecht» citeert: «zijnde, in de weelde van Gods Paradijs, bekleed met allerhande kostelijke steenen, sardis, en topazen, en jaspis, en chrizoliten, . . .
1922-03-12 De plannen van Dr J.-O. De Gruyter: Kandidaat voor het bestuurschap van den Koninklijken Nederlandschen Schouwburg te Antwerpen (Anon.)
- . . . eenvoudiger, bevattelijker vorm hetzelfde schoonheidsevangelie te verkondigen. We stellen ons voor om de 14 dagen een première te geven uit het volgende repertoire: J. v. d. Vondel : Lucifer - J. M. Yssel DeScheper-Becker : Het laatste Stadium - B. Ranucci : Dat wat ge niet hebt . . .
- . . . worden ingericht, waarop al de leerlingen van de Antwerpsche scholen tegen sterk verminderde prijzen zouden worden uitgenoodigd. De klassieke reeks zou bestaan uit: J. v. d. Vondel : Lucifer - Hooft : Warenar - Sophokles : Philoktetes - F. Hebbel : De Niebelungen - Grillparzer: Des . . .
1938-11 "Maria Magdalena" van Verschaeve (Willem Putman)
- . . . over vormvernieuwing op tooneelgebied. Hij zit eenzaam in zijn eenzaam dorp en... schrijft drama's. Het versnelde tijdsrhythme voelt hij weinig. Zijn voorbeelden blijven Vondel , Goethe , Hebbel . Zijn geest blijft die van de Renaissance. Hij liet een treffende studie verschijnen over Michelangelo 's Profeten. . . .
1926 J. v.d. Vondel: "De leeuwendalers" (Lode Monteyne)
- . . . J. v. d. Vondel DE LEEUWENDALERS. Twee groote ideëele stroomingen beheerschten Vondel 's levenswerk. De eene vond haar oorsprong in de onverwelkbare . . .
- . . . J. v. d. Vondel DE LEEUWENDALERS. Twee groote ideëele stroomingen beheerschten Vondel 's levenswerk. De eene vond haar oorsprong in de onverwelkbare liefde, welke de dichter steeds koesteren bleef voor het gemeenebest, waar hij, geboren Keulenaar, zich . . .
- . . . Roomsch-katholicisme, waartoe de van huize uit doopsgezind-protestantsche dichter overging in 1641, toen hij al meer dan vijftig jaar oud was. De muze van Vondel verwijlt dan ook bij voorkeur op die toppen, welke de gewone sterveling in zijn drang naar schoonheidsontroering, ongenaakbaar acht wijl zóó hoog verheven boven . . .
- . . . op die toppen, welke de gewone sterveling in zijn drang naar schoonheidsontroering, ongenaakbaar acht wijl zóó hoog verheven boven de vlakke alledaagschheid. Tegenover Vondel staat de moderne mensch veel vreemder dan tegenover een man, die zich misschien wel eens zijn evenknie waande, tegenover den voornamen Hooft , . . .
- . . . tegenover den voornamen Hooft , wiens erotische poëzie, sierlijk en dartel, hartstochtelijk en sproedelend van vaak ongebreidelde levensvreugde, zóó zuiver-menschelijke gevoelens beroert. Vondel is de dichter van den ernst, de lyricus der breed-gevleugelde sentimenten, welke stijgen ver boven het gewone bedrijf der menschen. En toch sterk is . . .
- . . . nimmer verbroken band, die des dichters stoutste scheppingen verbinden met de aarde, waarop hij leefde en alles waarnam met ongemeen scherpen blik. Want Vondel sloot zich nimmer op in den ivoren toren der in welgevallig zelfbeschouwen zich verliezende poëeten. Hij stond in 't volle leven van zijn tijd, . . .
- . . . duisternissen van het bestaan, een ziener die de verten peilt, wanneer deze voor den profaan nog versluierd blijken... Reeds in 1609 dicht Vondel een sonnet op het twaalfjarig bestand en in 1610, terwijl zijn neerstige vrouw, Maria de Wolf, den bloeienden kousenwinkel beheert, mijmert hij over den . . .
- . . . gepleegd op Hendrik IV en schrijft op dit onderwerp een lang treurdicht... In 1611 vertoont de Brabantsche rederijkerskamer « Het wit Lavendel », waarvan Vondel deel uitmaakte, zijn treurspel: «Het Pascha ofte de verlossinghe der kinderen Israëls uut Egypten». Dit werk wrochtend dacht Vondel aan de overeenkomst . . .
- . . . Lavendel », waarvan Vondel deel uitmaakte, zijn treurspel: «Het Pascha ofte de verlossinghe der kinderen Israëls uut Egypten». Dit werk wrochtend dacht Vondel aan de overeenkomst tusschen de wondere redding van het Joodsche volk, onttrokken aan de macht der Pharao's en die van Nederland, bevrijd van Spanje's . . .
- . . . het protestantsche Holland op godsdienstig gebied verdeelde, en advokaat Oldenbarnevelt, Hugo de Groot e.a. plaatste tegenover den stadhouder Maurits, werd voor Vondel de aanleiding tot het dichten van «Palamedes of vermoorde onnooselheyd» nadat Oldenbarnevelt onthoofd was geworden. Wat er ook gebeurde steeds zal de innig-vrome
- . . . de aanleiding tot het dichten van «Palamedes of vermoorde onnooselheyd» nadat Oldenbarnevelt onthoofd was geworden. Wat er ook gebeurde steeds zal de innig-vrome Vondel , wien godsvertrouwen een ware behoefte was, zich blijven voelen, zooals Prof. Kalff zegt : «een der vertegenwoordigers van dat deel der burgerij, dat zijn . . .
- . . . : «een der vertegenwoordigers van dat deel der burgerij, dat zijn denk- en geloofsvrijheid wil bewaren». In 't begin van Januari 1637 laat Vondel dan een vrucht van zijn volrijp talent: het treurspel «Gijsbreght van Aemstel» ten tooneele brengen in den nieuwen Amsterdamschen schouwburg , ondanks het . . .
- . . . er «superstitiën van de paperijen» had in ontdekt. Enkele jaren na de voltooiing van dit aan de geschiedenis zijner stad ontleende drama was Vondel -- we wezen er reeds hooger op -- tot het Roomsch katholicisme overgegaan. Hij-zelf wierp zich nu op als een vurig verdediger van zijn . . .
- . . . Stuart, gehalsrecht werd, inspireerde hem deze gebeurtenis tot het schrijven van een tragoedie -- waarvoor hij door de overheid beboet werd. Toen scheen Vondel 's neofietenijver eenigszins bekoeld. Maar nimmer boog hij, die zijn vijanden zoo duchtig roskammen dorst in de hekelende verzen van Rommelpot van 't Hanekot, in . . .
- . . . in de hekelende verzen van Rommelpot van 't Hanekot, in Roskam en Harpoen, in deemoed het hoofd voor de machthebbers van 't oogenblik. Vondel bleef zichzelf. «Zijn Roomschheid» -- zegt zijn biograaf Brandt -- «hadt zijn liefde tot den Staat en de Vrijheit niet vermindert.» En wanneer de . . .
- . . . Munster in 1648 zou gesloten worden en waarbij de koning van Spanje de Noordelijke Nederlanden erkennen zou als vrije en onafhankelijke staten, was Vondel in zijn hart verheugd over de opdracht, die hem van de Amsterdamsche regeering gewerd, om deze heuglijke gebeurtenis door een spel te vereeuwigen. Reeds . . .
- . . . gedrukt: «Pax optima rerum». Het stuk werd met zeer veel bijval vijfmaal vertoond in Mei en Juni van 1648 en de Calvinisten, toen Vondel 's heftigste tegenstrevers, konden daarin geen enkele aanleiding tot ergernis ontdekken. * * * De «Leeuwendalers» is een allegorische pastorale. Het schrijven van dergelijke landspelen . . .
- . . . in 1605 een werk «Granida», dat in zekere mate tot de herdersspelen kan gerekend worden, geschreven.. Andere dichters volgden na. En toen zette Vondel zich aan het dichten van het stuk. Vroeger had een aan de oudheid ontleende stof Vondel in Palamedes gediend om zijn tijdgenooten, . . .
- . . . volgden na. En toen zette Vondel zich aan het dichten van het stuk. Vroeger had een aan de oudheid ontleende stof Vondel in Palamedes gediend om zijn tijdgenooten, vooral de overheid, harde waarheid te verkondigen. Thans nam hij zijn toevlucht tot een allegorisch herdersspel -- misschien . . .
- . . . der bij uitstek protestantsche geunifieerde provinciën op den door en door Roomschen koning van Spanje te doen uitkomen. Men vergete echter niet, dat Vondel een te goed patriot was en tevens te eerbiedig stond tegenover de denkwijze van anderen, om zich niet te verheugen in het tot stand . . .
- . . . nuchter-wetenschappelijken tijd, liefst maar geen zwaarwichtige politieke bedoelingen moesten zoeken. «Het lenteblije» -- aldus dichter Albert Verweij in zijn Inleiding tot Vondel -- «van den vrede, die Vondel hier heeft uitgedrukt, dat is de hoofdzaak en het mooie». Zóó wilde de dichter-zelf het immers; . . .
- . . . moesten zoeken. «Het lenteblije» -- aldus dichter Albert Verweij in zijn Inleiding tot Vondel -- «van den vrede, die Vondel hier heeft uitgedrukt, dat is de hoofdzaak en het mooie». Zóó wilde de dichter-zelf het immers; wat blijkt uit zijn opdracht aan den agent . . .
- . . . dichter maar zelden. Zullen we ook herinneren aan de sterke plastiek in de suggestieve beschrijving van den Wildeman ? Niet altoos kan men Vondel 's karakteriseering van eenzijdigheid, van gewilde eenzijdigheid zelfs, vrijpleiten. Doch leven ze daar niet sterk voor ons op de beelden van Hageroos, de kuische, hooghartige . . .
- . . . aantrekkelijke jeugd ! Is hij ook niet de personificatie van een jong volk, dat gulden tijden van zege en overvloed tegemoet schrijdt ? Vondel zal hem nog beleven, dezen opbloei van het land, dat hij zoo liefdevol beschrijft in «De Leeuwendalers»: het vlakke Holland met zijn weeldrige weiden, . . .
- . . . een jubelklank waarvan wij, menschen van na den grooten oorlog even goed de heerlijke vreugde kunnen meevoelen als de Noord- en Zuid-Nederlanders, die Vondel 's tijdgenooten waren: «Pais en Vrede !». . . .
1926 Lode Baekelmans: Over de tooneelschrijfkunst (Een intervieuw) (Lode Monteyne)
- . . . «Europa-Hôtel» zijn deze woorden vrij gemakkelijk toe te passen... Baekelmans koos een ander motto : het veertien-honderd en tiende vers uit Vondel 's «Jozef in Dothan...»: Het rad draait wonderlijk ! Dat zijn woorden, die lezer en toeschouwer van dit spel van het bitterzoete leven in drie . . .
1922-09-27 VOLKSTOONEEL (Karel Van de Woestijne)
- . . . Bredero , noch Langendijk , noch zelfs Jan Vos ' "cluchte van Oene" hebben vermocht, omdat ze voorbereiding eischen, evenals Vondel , die toch wel minder vermakelijk is, al werd hij in de laatste twintig jaar ook al toegejuicht door het volk. Er is iets anders . . .
1922-02-18 JOAN LUYKEN'S DUYTSE LIER (Anon.)
- . . . van zijne klassieke schrijvers af, dan het Nederlandsche, en de Vlamingen meer nog dan de Hollanders. Het "meer geprezen dan gelezen", dat van Vondel werd gezegd, is heel wat meer nog op dezes tijdgenooten en nakomelingen dan op hem toepasselijk. Terwijl ieder Franschman bij het einde zijner humaniora . . .
- . . . die redenen samen - voor een Franschman meer te genieten valt bij Racine , ook zonder commentaar, dan voor een Nederlander bij Vondel , en dat de eerste gemakkelijk Ronsard leest, terwijl Lucas de Heere , en zelfs een Spiegel , en zelfs een . . .
1922-07-04 GEDACHTENIS VAN PROSPER VAN LANGENDONCK (Karel Van de Woestijne)
- . . . Prosper Van Langendonck heug tegen meug, bijna als een offer der Genade, toch eindelijk mogen sterven met de zekerheid dat hij, naar Vondel 's profetie, zou mogen behooren tot het Goddelijk geslacht. - Mijne vrienden, gij hebt hem gekend in het gasthuis waar hij, in een soort gevangenisbuis, . . .
1923-02 Henri Ghéon: zijn programma (Lodewijk Dosfel)
- . . . Doch tegen het bovennatuurlijke in het drama voerde o. a. Verschaeve allerstevigste bezwaren aan in zijn zoo gewaardeerde encyclopedische studie over Vondel s drama tegenover het drama in het algemeen. Uit de studie van het drama door, de eeuwen heen kwam hij tot de slotsom : «De . . .
1923-03 Henri Ghéon: zijn tooneelwerk (Lodewijk Dosfel)
- . . . zouden zijn voor ullevellepapierjes. Bij de lezing voelden wij meer dan eens heimwee naar het klassieke vers van Racine of van Vondel . Veel beter, in ieder opzicht, is Le pauvre sous l'escalier, de behandeling van de legende van den heiligen Alexis. In dit werk gebruikt . . .
1937-07 Spreekkoor en Massa-Tooneel: Ontwikkeling, Theorie, Praktijk (Jozef Boon)
- . . . den kern van handelende personna-ges, het koor bijbrachten en lieten mee-acteeren. Maar dan kwam ik, in eigen regie, in Jozef in Dothan van Vondel die verreweg het zuiverst begrip van het oude koor bewaard heeft, tot deze bevinding: dat wél op sommige plaatsen, zooals het optrekken der engelen . . .
- . . . op de openluchtopvoeringen van Anton van de Velde in het Heilig Graf te Turnhout. In 1931 gaf men er Jephta van Vondel . Het volgende jaar gaf Anton van de Velde in zelfde pensionaat Calderons Geheimen der Mis met 500 meisjes : de . . .